werkgeverslijn-in-nieuw-jasje

De Werkgeverslijn land- en tuinbouw in nieuw jasje

“Werkgevers in de agrarische sector hebben steeds te maken met veranderde wet- en regelgeving. De Werkgeverslijn land- en landbouw signaleert de vragen die werkgevers hebben. De adviseurs van de Werkgeverslijn zijn nauw betrokken en zorgen dat informatie zo toegankelijk mogelijk bij werkgevers terecht komt door een duidelijke vertaalslag te maken naar de praktijk. Door de nieuwe website wordt het nog makkelijker voor werkgevers om de informatie te vinden die ze nodig hebben.” – Eric Douma – Portefeuillehouder Ondernemerschap & Onderwijs.

Toegankelijke informatiebron

Met de nieuwe website is informatie nog toegankelijker en beter vindbaar. In de kennisbank zijn thematische dossiers te vinden. Gebruikers kunnen filteren op onderwerp of cao. Alle ontwikkelde tools zijn te vinden onder ‘downloads’ en voor wie graag kijkt en luistert, staan alle webinars, werkgeversjournaals en podcasts overzichtelijk bij elkaar. Bijeenkomsten en masterclasses staan nu in een agenda. En wie zich verder wil ontwikkelen, kan meteen aan de slag met e-learning.

Een nieuw jasje

In de huisstijl is de herkenbare rode kleur van de Werkgeverslijn is gebleven en uitgebreid met een breder kleurenpalet. Het nieuwe logo – een grafische letter -W – visualiseert het unieke karakter van de Werkgeverslijn land- en tuinbouw: zij is de verbindende schakel tussen ondernemers en meerdere partijen in de land- en tuinbouw en zorgt dat cao-informatie praktisch aangeboden wordt.

Loop der jaren

Op 1 januari 2024 bestaat de Werkgeverslijn land- en tuinbouw 10 jaar. In de afgelopen jaren heeft de Werkgeverslijn land- en tuinbouw veel ontwikkelingen doorgemaakt. De communicatievoorzieningen en mediakanalen zijn flink gegroeid. Zo werden in 2017 de eerste werkgeversbijeenkomsten en online trainingen georganiseerd, en 2021 stond in het teken van de eerste podcasts en journaals. Maartje Jager, adviseur Werkgeverslijn land- en tuinbouw: “de afgelopen maanden hebben wij hard gewerkt aan de nieuwe website en huisstijl. Ik ben trots op wat wij hebben bereikt. We hopen dat werkgevers ook blij zijn met het gemak waarmee informatie nu goed vindbaar is.”

Zonder partners geen Werkgeverslijn

De Werkgeverslijn is een initiatief van meerdere partijen in de land- en tuinbouw: Colland Arbeidsmarkt, LTO Nederland, LTO Noord, LLTB, ZLTO, Glastuinbouw Nederland, NFO, KAVB, Royal Anthos en Plantum. Voor de belangenorganisaties is de Werkgeverslijn ook een belangrijke informatiebron. Zo zijn binnenkomende vragen bijvoorbeeld input voor cao-onderhandelingen.

Alle werkgevers in de land- en tuinbouw kunnen gratis gebruik van de diensten en producten van de Werkgeverslijn land- en tuinbouw door een bijdrage van Colland Arbeidsmarkt.

Bron: Werkgeverslijn

YOUNG.magazine.Tweede-Kamer-greenport

Magazine YOUNG. ook in de Tweede Kamer

Na de lancering tijdens Vier de Lente Festival is magazine YOUNG. in de hele regio huis-aan-huis verspreid. Ook zorgden initiatiefnemers Daan, Tim en Allan er voor dat het magazine ook terecht kwam bij belanghebbenden of beleidsmakers in allerlei lagen van de samenleving en politiek.
Wat nog ontbrak was een reisje naar Den Haag, om ook daar het magazine aan de man (of in dit geval: de vrouw) te brengen. Niemand minder dan Caroline van der Plas nam het magazine in ontvangst.

Warm ontvangst

Niemand minder dan Caroline van der Plas kwam de drie ophalen in de Statenpassage en nam ze direct mee naar de postvakkenkamer. De drie hadden ruim 50 magazines bij zich en hebben deze verspreid in de postvakken van diverse kamerleden. In het kantoor van Caroline hebben ze een gesprek gevoerd over het magazine en de sector.

Allan: “Het was een geslaagd bezoek. Echt iemand met de voeten in de klei en het was gewoon heel relaxed. We hebben een goed gesprek gevoerd en mochten nog even de Tweede Kamer in.”

tweede-kamer-young-magazine-greenport
GreenportLIVE-circulaire-Duin-en-Bollenstreek-maarten-prins-greenport-1-juni-2023

Biodiversiteit, de bollensector in de praktijk

Eind 2021 zijn kennisvragen opgehaald onder telers en andere ondernemers in de bollensector, waar onderzoekers van Naturalis Biodiversity Center en andere onderzoeksinstellingen mee aan de slag gingen. Het resultaat was een aantal specifieke kennisvragen. Op donderdag 1 juni werden de antwoorden en eindproducten op deze vragen gepresenteerd tijdens het GreenportLIVE evenement. Hierbij werd gekeken naar de uitdagingen die er zijn, waar winst te behalen valt en of er nog meer (specifiek) onderzoek op deze vragen nodig is.

Bodemkwaliteit en bodemleven

De opgehaalde kennisvragen gaan met name over bodemkwaliteit en bodemleven, met vragen als; hoe zet je hoge bodemkwaliteit in geld om? En leidt een betere bodemkwaliteit tot minder ziekteverwekkende organismen? En hoe meet je het bodemleven eigenlijk? Eén ding was duidelijk tijdens het evenement: bodemkwaliteit en bodemleven gaan hand in hand. De antwoorden op de kennisvragen zijn gegoten in overzichtelijke posters en rapporten, die tijdens de avond werden gepresenteerd door de betrokken onderzoekers. Opmerkelijk was hoe de gesprekken die hieruit voortvloeiden gingen over hóe we gezamenlijk verder aan de slag gaan met de opgedane kennis, en niet óf. 

Het is een ‘serious game’

“Biodiversiteit bepaalt de klimaatbestendigheid, en die twee samen bepalen onze toekomst”, zo vertelde wetenschappelijk directeur bij Naturalis en biodiversiteits-expert Koos Biesmeijer. Telers, ondernemers in de bollensector, overheid en omgeving hebben de taak om, ieder op hun eigen manier, daar een steentje aan bij te dragen. 

Om inzicht te krijgen in ieders rol, is als een van de eindproducten een Serious Game ontwikkeld door Erasmus Universiteit Rotterdam, Centrum voor Milieuwetenschappen Leiden en Naturalis. Tijdens de ‘Serious Game’, die de afgelopen maanden werd gespeeld met telers, wethouders, beleidsmedewerkers en natuurorganisaties, wordt zichtbaar op welke manier een bijdrage vanuit ieders rol invloed heeft op het gezamenlijk te bereiken resultaat. De game liet iedereen op speelse wijze inzien dat we er met elkaar voor kunnen zorgen dat we biodiversiteit en de leefbaarheid van de bollenstreek behouden, én nog verder kunnen verbeteren. Oftewel: “We winnen met z’n allen óf we verliezen met z’n allen.” 

Belang biodiversiteit en circulariteit

Al met al werd duidelijk hoe biodiversiteit en circulariteit essentieel zijn voor de toekomst van de Bollenstreek. De aanwezigen uitten dat ze vanuit de lopende trajecten, zoals Vitale Teelt en Living Lab B7, met elkaar willen blijven werken aan oplossingen voor een vitale bollensector in de regio. De omgeving en haar bewoners leveren daarin een cruciale bijdrage aan het creëren van die circulaire economie.

Meer informatie en posters

In het project ‘Samen naar een circulaire Bollenstreek’ werken ondernemers, bedrijven, lokale overheden en kennispartijen samen om bij te dragen aan een winstgevende, natuurinclusieve bollenteelt. Benieuwd naar de eindproducten (vier posters en vier rapporten) van dit project? Bekijk ze op www.naturalis.nl/wetenschap/bloeiende-bollenstreek (hier zijn ze ook te downloaden).

Onderbroeken Challenge

In oktober 2023 start de ‘Onderbroeken Challenge’. Meld je hiervoor aan bij Eva van der Kwast, via eva@greenportdb.nl. De challenge start 12 oktober 2023.

Gemaakte opname

Tijdens het evenement is er een opname gemaakt van het plenaire gedeelte. Die opname vind je op ons YouTube-kanaal. De aftermovie bekijk je gemakkelijk hier.

nieuwsbrief-greenport-duin-en-bollenstreek

Nieuwsbrief mei 2023

In de nieuwsbrief van mei 2023 vind je onder andere:

Daarnaast ook real life vragen van het Rijnlands Lyceum Sassenheim, de lancering van magazine YOUNG. en de uitreiking van de Vier de Lente Award tijdens de Vier de Lente Festival. Lees de volledige nieuwsbrief gemakkelijk online.

Elke maand de nieuwsbrief in je mailbox? Meld je aan door op de homepage het formulier in te vullen.

lnv-begroting-greenport

Bijna €4 miljard aan milieu-investeringen met belastingvoordeel

Het totale investeringsbedrag van ondernemers van ruim € 4 miljard is een stijging van zo’n 15% ten opzichte van 2021. Het totale belastingvoordeel van de MIA\Vamil in 2022 komt naar verwachting uit op € 229 miljoen. Dat is bijna een verdubbeling ten opzichte van 2021. En meer dan het beschikbare MIA\Vamil-budget voor 2022 (€ 169 miljoen). Het meerjarige reservebudget van de MIA vangt deze budgetoverschrijding op.

Hogere gemelde investeringsbedragen

Mogelijke verklaringen voor de groei zijn de gestegen grondstofprijzen voor ondernemers en de toegenomen belangstelling voor verduurzaming door de hoge gasprijzen. Ook zijn de MIA-aftrekpercentages per 2022 verhoogd. Dit zorgt voor meer belastingvoordeel. Mogelijk was dit voor ondernemers extra aantrekkelijk.

De investeringsbedragen per melding zijn in 2022 fors hoger dan in voorgaande jaren. Dit komt onder meer doordat in 2022 de grens van € 25 miljoen voor bepaalde technieken op de Milieulijst is verhoogd: naar € 50 miljoen per bedrijfsmiddel en per belastingplichtige. Op de Milieulijst staan de milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen en technieken die belastingvoordeel krijgen. 

Meest geïnvesteerd in gebouwde omgeving

De belangstelling van ondernemers om te investeren in circulaire en duurzame gebouwen en woningen blijft groot. Net als in 2021 is het grootste bedrag geïnvesteerd in de gebouwde omgeving (totaal € 1.671 miljoen). In 2022 stegen de investeringen in duurzaam gerenoveerde gebouwen, duurzame nieuwe gebouwen en circulaire woningen fors met 43%.

De stijging kan onder andere worden verklaard door de inhaalvraag in de bouw na de coronaperiode. Daarnaast spelen de gestegen bouwkosten door hogere grondstofprijzen een rol.

Circulaire economie blijft groeien

Ook investeerden ondernemers meer in de circulaire economie. In de categorie circulaire economie staan in de Milieulijst technieken en bedrijfsmiddelen die gericht zijn op onder meer hergebruik en recyling. Zoals het slimmer maken en slimmer gebruiken van producten en grondstoffen en levensduurverlenging van producten.

In totaal meldden ondernemers in deze categorie een investeringsbedrag van  € 1.142 miljoen. Bijna een derde (€ 71 miljoen) van het totale belastingvoordeel gaat naar die investeringen (2021: € 45 miljoen). Dit is een stijging van bijna 60%.

Zo investeerden ondernemers veel meer in oplossingen voor (chemische) verwerking van afvalstoffen, in apparatuur voor recycling en productieapparatuur waarmee grondstoffen worden bespaard. Ook de investeringen in circulaire woningbouw droegen bij aan de groei.

Veel aanvragen elektrische bestelauto’s

Meer dan de helft van het totaal aantal aanvragen gaat om investeringen in duurzame mobiliteit (verkeer en vervoer). Uitschieter is de elektrische bestelauto: ondernemers deden 2.693 meldingen met een investeringsbedrag van € 220 miljoen.

Het totale investeringsbedrag voor duurzame mobiliteit is € 954 miljoen. Dit is lager dan in 2021. Dat komt vooral doordat elektrische personenauto’s inmiddels zo gangbaar zijn dat deze sinds 2022 geen fiscaal voordeel meer krijgen van de MIA\Vamil.

Duurzame landbouw belangrijk

Ook landbouw blijft met ruim 2.000 aanvragen een belangrijke pijler in de totale milieu-investeringen. Voorbeelden zijn Groen Label Kassen en productiesystemen voor algen, kroos of (zee)wieren. In 2022 meldden ondernemers een totaal investeringsbedrag van € 517 miljoen. Dit is een groei van 25% ten opzichte van 2021.

Aantrekkelijk investeren

De overheid maakt investeringen in innovatieve milieutechnieken aantrekkelijk. Bedrijven kunnen daarom belastingvoordeel krijgen voor investeringen die op de Milieulijst staan. Met de Vamil schrijven ondernemers 75% van een investering op een willekeurig moment af. Door af te schrijven in het jaar waarin dat het beste uitkomt, vermindert de fiscale winst. Met de MIA hebben ondernemers een extra aftrekmogelijkheid van de fiscale winst.

In 2022 waren de aftrekpercentages 45%, 36% of 27%. Als een ondernemer naast de Vamil ook gebruik maakt van de MIA, kan het belastingvoordeel oplopen tot ruim 14% van het investeringsbedrag.

Meer weten?

Op weg naar een vitalere ‘greenport’ en een vitaler landschap

Het doel van de ISG is een gemeenschappelijke inzet voor een optimale ruimtelijke verdeling en het benutten van kansen voor de agrarische bedrijven (bollen- en sierteelt) van de greenport Duin- en Bollenstreek, en het verbeteren van de natuurlijke, landschappelijke en recreatieve kwaliteiten van het gebied. Bureau Wing heeft het eindrapport ‘Vitalere greenport, vitaler landschap’ overhandigd aan wethouder Kees van der Zwet, als bestuurlijk vertegenwoordiger namens de 5 gemeenten.

Belangrijkste conclusies

Uit het onderzoek naar het nut van het gezamenlijke ISG-beleid komen de volgende conclusies naar voren:

  • De ISG werkt goed als instrument voor ruimtelijke vraagstukken. Hierdoor zijn verschillende doelen bereikt, waaronder het voorkomen van verstedelijking en het behoud van 2625 hectare 1e klas bollengrond. Wel is het instrument een beetje gedateerd en is er bij de uitvoering onduidelijkheid over de uitvoering van andere thema’s in de ISG. 
  • Een aanpassing van de ISG is nodig, omdat er nieuwe opgaven zijn en een andere tijdsgeest. Wing adviseert om bij de aanpassingen een breed programma op te stellen met aandacht voor nieuwe thema’s, waaronder doelen van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (voor natuur, klimaat, water en stikstof), de energietransitie en woningbouwopgave. Deze thema’s vragen om aandacht naast de opgaven in de huidige ISG. De Greenport Ontwikkelingsmaatschappij (GOM) als intergemeentelijk grondbedrijf werkt goed. Maar voor de financieringsaanpak voor de bouw van greenportwoningen is steeds minder draagvlak, waarbij de rollen tussen GOM en gemeenten niet genoeg duidelijk zijn. Wing adviseert om duidelijke uitleg te geven over de uitvoering en de financieringsaanpak en stelt voor om ook andere financieringsmogelijkheden te onderzoeken.
  • Bij betrokken organisaties en bedrijven bestaat onduidelijkheid over de begrippen openheid en verrommeling van het landschap. Het advies is om deze begrippen en definities samen met belanghebbenden scherper te maken. 

Aanbeveling voor visie op het landschap

Wing doet aanbevelingen om een visie op het landschap voor de bollenstreek op te stellen en hiervoor een gezamenlijke kwaliteitscommissie in te stellen. Het is belangrijk dat de betrokken gemeenten met elkaar in gesprek blijven over onderlinge verschillen in ambities en uitvoering. Goede afspraken over de manier van besturen en het houden van toezicht kunnen hierbij helpen.

Uitgebreide aanpak 

Wing heeft voor de betreffende gemeenten een beleidsevaluatie, landschapsanalyse en financiële analyse uitgevoerd. Om zicht te krijgen in het maatschappelijk en politiek draagvlak voor het ISG-beleid zijn er gesprekken gevoerd en enquêtes uitgezet naar verschillende organisaties, bedrijven, inwoners en raadsleden. Voor organisaties, bedrijven en raadsleden zijn bijeenkomsten gehouden.