bollencoaster-lelie-sleuventeelt-greenport

Tweede kans voor lelies in sleuventeelt

Halverwege oktober vorig jaar werd al duidelijk dat het leliegewas het lastiger heeft om goed boven te komen op de locatie van Agrifirm-GMN in Voorhout. De bollen, plantgoed maat 8-10 OT Lilium ‘Conca d’Or’, waren 22 april in de plastic sleuven gestrooid. Omgerekend staan er 150 lelies op een strekkende meter.

De lelies uit de sleuventeelt zijn gerooid op 9 december. De opbrengst uit de sleuven is vergeleken met een bollenteelt bij ROL in Vledder. Van Dam: “Slechts 71 procent van het aantal geplante bollen in de sleuventeelt hebben we kunnen oogsten. Bij ROL lag dat percentage op 87 procent. Zestien procent minder gerooid, dat is echt wel een punt van zorg.” De oorzaak was dat te veel leliebollen in Bollencoaster bleven ‘hangen’ in het plastic en dat komt waarschijnlijk door de vorm van de veur. “De veur heeft te veel een ‘bokmaflesvorm’ en moet meer richting de vorm van een wijnfles.”

De meeste leliebollen uit de sleuventeelt zaten in de maat 14-16 en 16-18, maar er waren ook relatief veel kleine maten, er zaten best wat bollen bij die nauwelijks gegroeid zijn. ‘In bollencoaster zat 59 procent van de bollen in maat 14 of meer, in de proef bij ROL lag dat percentage op 67 procent. Dus de conclusie is dat er uit de sleuventeelt minder bollen en ook iets minder grote bollen kwamen.”

Nieuwe proef starten

Net als de hyacintenteelt in sleuven, wordt ook de lelie nog eens beproefd in de sleuventeelt. De nieuwe proef zal rond 20 april geplant worden, aldus Van Dam. De belangrijkste veranderingen in deze tweede proef zijn dat de vorm van de veur meer richting een wijnfles gaat zodat de plant meer gedwongen wordt om naar boven te groeien. Ook wordt een deel van de leliebollen minder diep geplant. Bij de eerste proef werden ze op een diepte van circa 5 centimeter geplant. Straks wordt een deel geplant op 1 tot 2 centimeter diepte en wordt er maar een dun laagje grond overheen gedaan. “Dit moet de kans vergroten dat de lelies beter opkomen.”

Project Bollencoaster

Bollencoaster is een vierjarig onderzoeksprogramma van de Topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen van het ministerie van LNV. De uitvoering van deze Publiek-Private Samenwerking ligt bij een consortium van vijf partners. Dit zijn: KAVB als penvoerder, Wageningen University & Research (WUR), Agrifirm-GMN, Oerlemans Plastics en Greenport Duin-en Bollenstreek.

Fotocredit: Martin van Dam
Bron: Greenity

pps-bollencoaster-onderzoek-wur-greenport

Goede hyacint uit project Bollencoaster

De eerste proef vond plaats van 24 oktober 2020 tot begin juli 2021. Bij het rooien zag WUR-onderzoeker Martin van Dam al een goed resultaat hyacintenbollen boven de grond komen. De bollen uit de proef zijn vergeleken met de teelt van dezelfde partij bollen van hyacintenkweker Arjan Hogervorst die ze in zandgrond in Julianadorp had geteeld.

Iets meer stikstofinhoud

Zowel de bolinhoud als de grootte van de bollen uit de sleuventeelt waren vrijwel vergelijkbaar. Toch hadden de bollen uit de sleuventeelt iets meer stikstofinhoud dan de bollen uit de vollegrond. De behandelingen in de sleuventeelt was één zonder en één met extra stikstof middels ureum. Van Dam: “De stikstofgift in sleuventeelt is wel efficiënter dan in de vollegrond en dat is ook logisch.”

Goede broeikwaliteit

Rond de jaarwisseling werden de bollen uit de sleuventeelt in bloei getrokken net als de bollen uit de vollegrond. Van Dam beoordeelde de afbroei samen met de werkgroepleden. De afgebroeide hyacintenbollen uit de sleuventeelt zagen er goed uit. Van Dam: “Meer stikstof in de bol geeft veelal zwaardere trossen door meer hyacintenbloemetjes op een steel. Echter, de broeikwaliteit tussen de bollen van Hogervorst en die uit de sleuventeelt, liep niet sterk uiteen. Wij zagen geen betere bloemen bij meer stikstof in de sleuventeelt. Sterker nog, de bollen uit de vollegrond hadden zelfs per steel iets meer nagels dan die uit de proef.”

Variatie in substraat

Inmiddels staat er in Voorhout een tweede proef met hyacinten in sleuventeelt. De eerste komen alweer boven de grond. Dit keer zijn er twee zaken veranderd aan de proefopzet. Een veur is nóg smaller gemaakt om te kijken of er een bepaalde ondergrens zit aan de hoeveelheid te gebruiken substraat. Ook is het substraat veranderd. In de ene veur is de grond gebruikt uit de eerste sleuventeelt, maar dan wel gestoomd. In de andere sleuf zit nu kokos met 15 procent compost in plaats van een mengsel van kokos en veen zoals in de eerste proef .

Mechaniseren

Van Dam is in overleg met verschillende mechanisatiebedrijven om te bekijken in hoeverre er met de sleuventeelt gemechaniseerd geplant en geoogst kan worden, en of ook de onkruidbestrijding gemechaniseerd kan worden. “Ik hoor daar hoopvolle reacties op”, aldus Van Dam.

PPS-project

Project Bollencoaster is een vierjarig onderzoeksprogramma van de Topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen van het ministerie van LNV. De uitvoering van deze Publiek-Private Samenwerking ligt bij een consortium van vijf partners; KAVB (productgroep Hyacint en het hyacintenfonds), Wageningen University & Research (WUR), Agrifirm-GMN, Oerlemans Plastics en Greenport Duin- en Bollenstreek. Hoogheemraadschap Rijnland en Rabobank Bollenstreek dragen vanuit hun innovatiefondsen bij aan de financiering.

Bron: Greenity

Bollenrevolutie-4.0-ziekzoeken-greenport-duin-en-bollenstreek

Eindsprint voor Bollenrevolutie 4.0

Hij zei dit tijdens een webinar georganiseerd door KAVB en WUR, waar de resultaten werden besproken van het vierjarige project dat dit jaar zijn laatste jaar ingaat. “We kunnen niet met dit project stoppen, dat zou zonde zijn. Het onderzoek van nu komt tussen de 5 en 10 jaar in de praktijk.” Van Dueren Den Hollander van Steketee, de machinebouwer die gespecialiseerd is in visiontechnieken en de ziekzoekmachine mee ontwikkelt, ziet toekomst in geautomatiseerd ziekzoeken. “Maar het vraagt zeker nog extra onderzoek, tijd en geld om dit praktijkrijp te maken. Daar is nog wel een aantal jaren voor nodig. Er is nog geen prototype, we zitten nog steeds in de fase daarvoor, de onderzoeksfase.”

Ook voor kleine bedrijven

Steketee gaf aan dat de bollensector een kleine markt is voor het bedrijf om zo’n ziekzoekmachine op de markt te brengen. Nieuwenhuizen gaf verder aan dat de machine niet alleen voor grote bedrijven interessant moet zijn, maar ook toegankelijk moet zijn voor de kleinere. “Het moet dus simpel en gebruiksvriendelijk zijn. Het moet niet alleen iets zijn voor de grote bedrijven. We kunnen niet verwachten dat bedrijven oneindig doorgaan met de schaalvergroting.”

Goede dataset

Voor het onderdeel geautomatiseerd ziekzoeken van tulpen in het veld zei Nieuwenhuizen dat er nog een eindsprint nodig is. “Er moet een keuze worden gemaakt welke technieken men met het project bij de eindgebruikers in praktijk kan krijgen en welke stukken techniek er buiten het consortium bij andere marktpartijen moeten worden neergelegd.”

De ziekzoekmachine herkent op dit moment tussen de 70 tot 80 procent van de zieke planten automatisch. Arjan van Dueren Den Hollander van Steketee: “Er zit heel veel diversiteit in hoe de verschillende tulpencultivars hun virus uiten in symptomen. Daarom is het een hele uitdaging dit praktijkrijp te maken.” Bovendien ontwikkelen virussen zich en dus zal er volgens Iris Stulemeijer van de BKD altijd menselijke kennis aan te pas moeten komen om die informatie aan de machine te leren.

Er ligt volgens de partijen nu wel een goede dataset met informatie hoe zieke en gezonde tulpen er in het veld uitzien. Nieuwenhuizen: “Nu kunnen we de markt in om partijen van die dataset te voorzien. Zij kunnen die aanvullen en de algoritmes verder trainen.” Ook dit jaar zal er nog informatie aan die dataset worden toegevoegd.  

Classificeren gelukt

De WUR-onderzoeker zei verder dat de doelstellingen van het project aardig zijn gehaald gezien de verschillende werkpakketten die eronder vallen, namelijk ziekzoeken, onderzoek naar classificering tijdens de bewerking in de schuur, datamanagement en de voorbeeldbedrijven met de SpectroCam. “Elk jaar wilden we daarin iets opleveren en daarmee hebben we telkens kleine stukken vooruitgang geboekt.”

Wat betreft de dataset voor het classificeren van bollen tijdens verwerking in de schuur is het gemakkelijker een goede dataset te leveren. Dat komt omdat daar onder gecontroleerde omstandigheden beelden worden genomen van de bollen. “We zijn erin geslaagd de bollen volledig automatisch te classificeren, zoals maatvoering, gezonde bollen, groeischeuren en peren. We zijn nu in het laatste jaar. Met partner Cremer en andere partijen gaan we kijken hoe we dit voor telers in de praktijk kunnen brengen.”

Het webinar is hier terug te kijken op het Youtubekanaal van WUR Glastuinbouw.

Eindsprint voor Bollenrevolutie 4.0 | Greenityhttps://www.greenity.nl/nieuws/eindsprint-nodig-voor-bollenrevolutie-4-0

living-lab-b7-bloeiende-bollenstreek-greenport-duin-en-bollenstreek

Onderzoeksmogelijkheden projecten ‘Bloeiende Bollestreek’ en Living Lab B7

In beide projecten zijn mogelijkheden om actuele kennisvragen uit de praktijk op te pakken. Onderzoekers en studenten van o.a. van de Erasmus Universiteit, Naturalis en de HAS Hogeschool gaan hiermee aan de slag. Begin december 2021 is een bijeenkomst geweest met onderzoekers van de beide projecten en de Bollenjongens om onderzoeksthema’s en kennisvragen met betrekking tot bodem(kwaliteit), biodiversiteit, circulaire teelt en gewasbescherming  te inventariseren.

Inventarisatie

De inventarisatie leverde een breed scala aan thema’s en vragen op.
Enkele voorbeelden:

  • het effect van investeren in de bodem op het rendement van de kweker;
  • het effect van verschillende andere factoren (dan de bollenteelt) op de bodemkwaliteit;
  • toepasbaarheid van natuurinclusieve maatregelen akkerbouw in de bollenteelt;
  • het effect op het bodemleven van verschillende groenbemesters;
  • rol van CRISPR-Cas in duurzaamheid en circulariteit;
  • invloed van maaibeleid gemeenten op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen.

Een groot deel van de thema’s en vragen sluit aan op de onderzoeksdoelen van de beide projecten. De thema’s en vragen worden beoordeeld op geschiktheid en verder uitgewerkt in projectvoorstellen.

Heb je vragen? Neem contact op met Andries Middag via andries@greenportdb.nl of 06- 53 72 83 55.

GreenportLIVE over bollenteelt: circulariteit en diversiteit, mogelijkheden in de Bollenstreek

Kijk ook eens naar onze GreenportLIVE uitzending waarin de projecten ‘Bloeiende Bollensteek’ en ‘Living Lab B7‘ ook besproken worden.

Agrisim-tulpenbollen-data-gedreven groei-informatie-platform-greenport-duin-en-bollenstreek

Bollenrevolutie 4.0 lanceert animatie over slim datagebruik

Het is zover! Bollenrevolutie 4.0 lanceert samen met partners Agrisim B.V., Wageningen Universiteit en KAVB het slimme data-gedreven groei-informatie platform voor tulpenbollen. Dit systeem gaat over de koppeling tussen werkelijke en voorspelde groei. Met dit model kunnen we dus de potentiële opbrengst van tulpen in het veld voorspellen. Binnen het project Bollenrevolutie 4.0 heeft dit groeimodel van Wageningen University & Research, dat stamt uit de jaren ’90, een fikse opknapbeurt gekregen en wordt het in het onderzoek gevalideerd in meerdere tulpenrassen.    


Ingewikkelde materie

Met behulp van data, zoals klimaat-, satelliet- en perceeldata, worden telers in staat gesteld om optimale keuzes te maken in hun bedrijfsvoering en gewasproductie. Dat proces klinkt een stuk eenvoudiger dan het is. Om deze ingewikkelde materie helder te presenteren aan het vak, is er de afgelopen maanden hard gewerkt aan een bijzondere animatie waarin het proces van data verzamelen en de meerwaarde hiervan voor het bollenbedrijf helder wordt uitgelegd.  


Doe ook mee!

Met de lancering van dit nieuwsbericht willen we ook graag duidelijk maken wat het slimme data-gedreven groei-informatie platform eigenlijk inhoudt.  Daarnaast zijn we zeer geïnteresseerd in jouw feedback en benieuwd of deze eerste stappen ook voor jou als bollenteler relevant zijn.

Dus: ga naar het platform en kijk zelf! Dit is jouw kans om een bijdrage te leveren aan een nieuwe manier van bollenkweken én ons binnen het onderzoek duidelijk te kunnen sturen in de juiste richting.


Link naar de animatie

De animatie is hier te bekijken. Delen mag zeker, graag met verwijzing naar het onderzoek Bollenrevolutie 4.0.


Over dit onderzoek

Bollenrevolutie 4.0 is een vierjarig onderzoeksprogramma van de topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen van het ministerie van LNV. De uitvoering van deze Publiek-Private Samenwerking ligt bij een consortium van zeven partners. Dit zijn: KAVB, Anthos, Agrisim B.V., Wageningen University & Research (WUR), Cremer Speciaalmachines B.V., Machinefabriek Steketee B.V., BKD en TechNature B.V. Economic Board Greenport Duin & Bollenstreek en Rabobank Bollenstreek dragen vanuit hun Innovatiefondsen bij aan de financiering.


Vragen?

Voor vragen neem je contact op met penvoerder Annika Versloot (KAVB) via versloot@kavb.nl.

bloeiende-bollestreek-project-greenport-duin-en-bollenstreek

Een toekomstbestendige Bollenstreek

Het project Bloeiende Bollenstreek is opgezet om vanuit vraagstukken van bollentelers, andere ondernemers en brancheorganisaties samen te werken aan een toekomstbestendige bollenstreek. De centrale vraag in het project is: hoe kan kennis bijdragen aan de transitie naar een circulaire economie, betere gezondheid, duurzamer gebruik van grondstoffen, en hogere kwaliteit van werk- en woonomgeving met meer natuur en biodiversiteit?

“Met bollen en bloemen van topkwaliteit, vrij van ziekten, op een rendabele manier geteeld in harmonie met de omgeving, emissieloos en met een verantwoorde omgang met de natuurlijke hulpbronnen water, energie, bodem en biodiversiteit”, is de ambitie van de KAVB en Greenport Duin- en Bollenstreek in Op naar een Vitale Teelt 2030.

“En dat is makkelijker gezegd dan gedaan: er komen steeds hogere kwaliteitseisen aan de bloemen en bollen, het aantal toegestane gewasbeschermingsmiddelen neemt af, er staat druk op de teeltgronden door wet- en regelgeving om duurzamer te produceren en het is moeilijk om de bodemvruchtbaarheid op niveau te houden”, legt Andries Middag, programmamanager van Greenport Duin- en Bollenstreek, uit.

Samenwerking

Daarom werken in het project verschillende partijen samen om oplossingen te bieden aan de sociale en economische kennisvragen uit de sector, en de kleinere kennisvragen vanuit de ondernemers. In de Greenport Duin- en Bollenstreek werken al veel bedrijven samen, onder andere aan duurzaamheid. “Omdat duurzaamheid niet alleen noodzakelijk is, maar ook een kans”, aldus Middag.

De unieke samenwerking tussen lokale ondernemers, beleidsmakers en onderzoekers maakt het project vernieuwend. Koos Biesmeijer, wetenschappelijk directeur van Naturalis: “Als kennispartijen dragen we graag bij aan die ambitie van de ondernemers: een natuurinclusieve, weerbare bollenteelt waaraan de ondernemer geld verdient en de maatschappij en natuur beter van wordt.”

Over Bloeiende Bollenstreek

Meerdere partijen in de sector werken samen met Naturalis Biodiversity Center aan dit project, zoals de kennispartijen Centrum voor Milieuwetenschappen Leiden, NIOO-KNAW, Erasmus Universiteit Rotterdam, Wageningen Universiteit & Research en de HAS, de partijen vanuit de bollensector; KAVB, van Greenport Duin & Bollenstreek en Rabobank, Lubbe Lisse, JUB Holland en LTO, de regionale partijen; Hoogheemraadschap van Rijnland, Provincie Zuid-Holland, het Nationaal Park Hollandse Duinen, en alle andere partijen die bij willen dragen aan de bloembollensector en Bollenstreek van morgen.

Financiering

Het project wordt gefinancierd door ACCEZ: Accelerating Circular Economy Zuid-Holland. ACCEZ is een samenwerking tussen de provincie Zuid-Holland, TU Delft, Universiteit Leiden, Erasmus Universiteit Rotterdam, Wageningen University and Research en VNO-NCW West en staat voor kennis met impact. ACCEZ versnelt de circulaire economie in de provincie Zuid-Holland op de thema’s gebiedsontwikkeling, kringlooplandbouw, maakindustrie en kunststoffen.

“Een gezonde en robuuste bollenteelt met de natuur als partner, dat is de enorme uitdaging, waaraan het project ‘Bloeiende Bollenstreek’ een steentje bij wilt dragen.”

Meer informatie over het project is te vinden op Bloeiende Bollenstreek. Of neem voor inhoudelijke vragen contact op met Koos Biesmeijer via koos.biesmeijer@naturalis.nl of projectleider Marten Schoonman via marten.schoonman@naturalis.nl.