Drone-data-remote-sensing-sierteelt-greenport-umv

Drones en AI helpen boeren bij het voldoen aan Europese milieuregels

Europese Unie heeft het doel gesteld om het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen de komende jaren flink te verminderen. Dit is onderdeel de European Green Deal, waarmee de EU Europa in 2050 het eerste klimaat-neutrale continent ter wereld wil maken. Overmatig gebruik van gewasbeschermingsmiddelen brengt namelijk risico’s met zich mee voor onder andere de waterkwaliteit en biodiversiteit. Door vroegtijdig en nauwkeurig te signaleren dat er omstandigheden zijn waartegen de gewassen beschermd moeten worden, kunnen deze middelen zeer precies worden toegepast en het gebruik ervan aanzienlijk worden gereduceerd.  

Model geschikt voor herkenning botrytis

Het model is geschikt om botrytis bij tulpen en hyacinten te herkennen. De verwachting is dat – met enkele relatief kleine aanpassingen – ook andere ziektes op te sporen zijn bij andere gewassen. Voor telers is dit een zeer interessante ontwikkeling. Niet alleen milieutechnisch, het kan ook kostenbesparend zijn. Bijvoorbeeld omdat er geen grote hoeveelheden gewasbeschermingsmiddelen ingekocht hoeven te worden, de kans op mislukte oogsten verkleind wordt en er geen mensen meer het veld in hoeven die bovendien nooit iedere plant kunnen controleren. Aanvullend hebben de onderzoekers gebruik gemaakt van een vrij te verkrijgen en relatief goedkope drone. De drone kan zelfs volledig automatisch missies uitvoeren, al moet er momenteel nog altijd een piloot bij zijn die de drone in het zicht heeft. 

Het project krijgt een vervolg

‘Remote Sensing voor Sierteelt’, zoals het project heet, krijgt een vervolg. Binnen het project wordt gekeken of de metingen nauwkeuriger kunnen worden gemaakt door middel van het combineren van dronedata met satellietbeelden en actuele gegevens over de bodem en het weer. Enkele grote bedrijven vanuit de agri-sector hebben zich gemeld om te onderzoeken of de technologie ook andere ziektebeelden kan herkennen bij andere gewassen. Daarbij wordt er gekeken naar de schaalbaarheid en de ontwikkeling van het businessmodel.

Partners

Dit project werd mede mogelijk gemaakt door de gemeente Katwijk, Holland Rijnland en Drone-Engineering & Operations studenten van het ROC van Amsterdam. Meer informatie over dit project wordt gepubliceerd op de website en via de sociale media van Unmanned Valley.

Simon-kijkt-naar-rol-die-bodemleven-kan-spelen-Duin-en-Bollenstreek-tegen-(negatieve)-effecten-klimaatverandering

Hoe bodemleven sommige effecten van klimaatverandering in de bollenstreek tegen kan gaan.

Mijn naam is Simon van den Bos, een 23 jarige Haarlemmer actief voetballer en vrijwilliger bij het Rode Kruis maar bovenal ook gek van natuur en hopelijk een toekomstig boswachter. Ik studeer landscape and environment management bij Inholland Delft, en ik loop een afstudeerstage bij Greenport Duin- en Bollenstreek waarbij ik ga kijken naar de rol die bodemleven kan spelen in de Duin- en Bollenstreek tegen (negatieve) effecten van klimaatverandering.

Afstudeerstage

Het opwarmende klimaat uit zich steeds heviger in Nederland denk aan droogte of juist een overschot aan water. Maar ook (insecten)plagen komen steeds meer voor in het land. Dit heeft gevolgen voor de teelt in de Duin- en Bollenstreek. Door een te hoge waterstand kunnen bollen mogelijk niet op tijd de grond in om een voorbeeld te noemen.

In mijn afstudeerstage ga ik onderzoeken of en welke rol bodemleven kan spelen om deze effecten te verminderen. Via een aantal expertmeetings met mensen uit de streek en literatuurstudie ga ik onderzoeken welke effecten van klimaatverandering spelen in de streek, welke rol bodemleven kan vervullen, en op welke manier bodemleven gestimuleerd kan worden in de streek. Deze methodes worden vervolgens met elkaar vergeleken om te kijken welke methode het meest geschikt is voor toepassing in de Duin- en Bollenstreek. Mijn hoop is hiermee een bijdrage te kunnen leveren aan de toekomst van dit unieke gebied.

devemold-has-livinglabb7-bollenjongens-greenport

Een half jaar demoveld: transitie naar een natuurinclusieve bollenteelt

Het demoveld is een initiatief van Living Lab B7 (een consortium met o.a. HAS green academy), de Bollenjongens, Agrifirm-GMN en Greenport Duin- en Bollenstreek. Het doel van het demoveld is om natuurinclusieve teeltmethodes te testen en te ervaren. Studenten van de HAS worden betrokken bij de experimenten. De eerste studenten hebben in overleg met de Bollenjongens het afgelopen half jaar het ontwerpplan voor het veld verder uitgewerkt en een monitoringsplan voor de komende jaren opgesteld.

Twee delen

Het veld is opgedeeld in twee delen waar geëxperimenteerd wordt met zowel natuurinclusieve als extensieve teeltmaatregelen. Natuurinclusieve landbouw draait om het verbeteren van biodiversiteit, waarbij de activiteiten zorgdragen voor natuur en natuurlijke processen zoals plaagbestrijding benut worden. Bij extensieve landbouw wordt het milieu zo min mogelijk belast door minder ‘inputs’ als kunstmest en gewasbeschermingsmiddelen te gebruiken.

Natuurlijke plaagbestrijding belangrijk element

Natuurlijke plaagbestrijding is een belangrijk element in de natuurinclusieve teelt. Daarom is afgelopen winter een heg aangeplant en is er een bloemenstrook ingezaaid. De bloemenstrook bestaat uit onder andere facelia, boekweit en duizendblad. Deze strook biedt voedsel en schuilplek voor insecten, waaronder natuurlijke plaagbestrijders als lieveheersbeestjes en gaasvliegen. De bloemenstrook is aangevuld met bijvoet, een zogenaamde ‘bankierplant’ waar onschadelijke bladluizen op afkomen en extra natuurlijke plaagbestrijders aantrekt. De heg bestaat uit onder andere meidoorn en sleedoorn en vervult een belangrijke functie als overwinteringsplek voor insecten zodat plaagbestrijders jaarrond op het veld kunnen verblijven.

Monitoringsplan en nulmetingen

Het monitoringsplan volgt de ontwikkelingen in bodemkwaliteit, biodiversiteit en kwaliteit van de bollen. Conform dit plan zijn door de studenten in samenwerking met Agrifirm-GMN de eerste nulmetingen verricht. Gekeken is naar chemische bodemeigenschappen zoals gehaltes aan stikstof en mineralen, en fysische eigenschappen als pH, indringingsweerstand en organisch stofgehalte. Ook is microbiële biodiversiteit (bacteriën en schimmels) en ondergronds bodemleven gemeten. Zoals te verwachten viel werd nagenoeg geen ondergronds bodemleven aangetroffen vanwege de inundatie voorafgaand aan de start van het demoveld.

Flexibiliteit

De studenten hebben afgelopen tijd ervaren dat niet alles altijd loopt zoals gepland. Vanwege het zeer natte najaar konden de tulpenbollen pas in december de grond in. Daardoor was het niet meer mogelijk een groenbemester in te zaaien die als isolatielaag moest dienen op het natuurinclusieve deel. In plaats daarvan is houtvezel toegepast die ook onkruid onderdrukt. Op het extensieve deel is gebruik gemaakt van stro als isolatielaag. Juist het inspelen op deze veranderende omstandigheden maakt duidelijk waarom het belangrijk is om de uitvoerbaarheid van natuurinclusieve en extensieve maatregelen in de praktijk te ervaren.

Presentatie tijdens GreenportCAFÉ

Tijdens het GreenportCAFÉ van 17 januari 2024 hebben de studenten hun werk van afgelopen half jaar gepresenteerd. Het monitoringsplan en de eerste resultaten van de nulmetingen zijn hier te vinden. De transitie naar een natuurinclusieve bollenteelt is een zoektocht waarbij diverse keuzes gemaakt kunnen worden, de studenten hebben hun literatuurstudie daarom uitgewerkt in de vorm van een Keuzeweb met bijbehorende onderbouwing.

Nieuwe studenten gestart

Begin februari is een nieuwe groep HAS-studenten gestart. Zij zullen voortbouwen op de reeds verkregen inzichten en ervaringen, (functionele agro-)biodiversiteit meten en indien nodig bijsturen in de teeltmaatregelen. Eerder uitgevoerde metingen worden herhaald en aangevuld met metingen van de bovengrondse biodiversiteit met behulp van diverse insectenvallen. Agrarische Natuur- en Landschapsvereniging Geestgrond begint dit voorjaar met de tellen en monitoren van vogels op en rond het veld.

cheyenne-student-has-demoveld-greenport

HAS-student Cheyenne over haar afstudeerproject op het demoveld

Cheyenne Vonk studeert Toegepaste Biologie aan HAS green academy. Vanuit deze opleiding werkte zij samen met mede-studenten Bente Mariën en Tessa Riem aan het opzetten van het demoveld. Dit project is onderdeel van het Living Lab B7, waarin ook samenwerking is met de Bollenjongens. Het project is de start voor meerjarig onderzoek naar extensieve en natuurinclusieve teeltmaatregelen in de bollenteelt.

“Naast het opzetten van het demoveld, zijn we bezig gegaan met het schrijven van een monitoringsplan en het creëren van een keuzeweb met bijbehorend achtergronddocument. Het monitoringsplan omschrijft alle teeltmaatregelen en metingen die de komende jaren plaats zullen vinden op het demoveld. Het keuzeweb geeft een overzicht van extensieve en natuurinclusieve maatregelen die gebruikt kunnen worden in de bollenteelt, waaronder bijvoorbeeld het bestrijden van schimmelziektes, maar ook verschillende vormen van mechanisch wieden die toegepast kunnen worden. 

Kennis afstoffen en tot je nemen

Terugkijkend op het afgelopen jaar, kan ik zeggen dat het een enorm waardevolle periode was. Binnen enkele weken hebben we de voor ons nieuwe kennis over de bollenteelt eigen gemaakt, evenals de weggezakte kennis over (duurzame) teeltsystemen bovengehaald en aangevuld. Het schrijven van het monitoringsplan en het creëren van het keuzeweb hebben ons inzicht gegeven in het maken van eindproducten die niet overeenkomen met een standaard onderzoeksrapportage. Ook was dit project een toffe manier om ervaring op te doen met meerdere stakeholders en partijen betrokken bij een onderzoek.”

Downloads beschikbaar

Ben je benieuwd naar het keuzeweb en de bijbehorende onderbouwing? Deze zijn te vinden op de website van het Living Lab B7: https://lnkd.in/eSh99mRx.

GreenportLIVE-PPS-Fundamentele-Systeemsprong-8-februari-2024

GreenportLIVE: Onderzoek systeemsprong bloembollen kost veel tijd maar is hoognodig

Fundamenteel en praktijkgericht onderzoek is essentieel

Om de bloembollenteelt robuust en “future proof” te maken met minder afhankelijkheid van gewasbeschermingsmiddelen, minder emissie en residu kan een eenrichting systeem tijdens de vermeerdering (“systeemsprong”) een deel van de oplossing zijn. Inmiddels is er 4 jaar onderzoek gedaan naar de mogelijkheden. Het systeem is echter nog niet af. Hiervoor is nog veel kennis en onderzoek vereist en uit de discussie achteraf op de sectoravond, bleek dat een stevige combinatie van fundamenteel en praktijkgericht onderzoek essentieel is. De vraag is of we met de huidige uitdagingen waar de sector voor staat, het budget voor dergelijk onderzoek voldoende beschikbaar is. 

Resultaten onderzoek Zantedeschia

Natalia Moreno presenteerde de resultaten van Zantedeschia en tulp uit het 4-jarige onderzoekprogramma PPS Fundamentele Systeemsprong. Zij trok vergelijkingen tussen de beide gewassen. Bij Zantedeschia is het mogelijk om een goed eenrichting teeltsysteem uit te voeren, dit komt met name ook omdat het goed mogelijk is om in dit gewas met schoon virusvrij weefselkweekmateriaal te starten. Ook bleek het mogelijk om de teelt in de kas te versnellen en om een hogere vermeerdering door middel van parteren voor elkaar te krijgen. Dit is noodzakelijk om deze manier van telen economisch rendabel te maken, hoewel het nog niet volledig lukt vanwege de hogere kosten (energie, kas, substraat).

Resultaten onderzoek tulp

Bij het onderzoek in tulp is waardevolle fysiologische kennis verkregen, maar is een eenrichting systeem nog niet mogelijk. De ontwikkeling van weefselkweekmateriaal van tulp gaat steeds beter, maar is nog niet breed beschikbaar voor de sector en ook nog niet gebruikt in het onderzoek. Weefselkweekmateriaal is de methode om met een schone virusvrije stock te kunnen starten. De tweede grote uitdaging in tulp is het verkorten van de rustperiode na iedere teeltcyclus zonder het maximale groeipotentieel in de volgende teeltcyclus te verstoren.

Terugkoppeling vanuit de workshops

Na de presentaties werden vijf discussiegroepen gevormd met telers, adviseurs en onderzoekers. De algemene conclusie uit deze groepen is dat er meer kennis nodig is voor het telen van bloembollen volgens de systeemsprong waarbij gebruik gemaakt wordt vaneen kas met licht en substraat en dat suboptimale maatregelen de fysiologie van de bollen verstoren. Nog lang niet alles is bekend om met name bij tulp te komen tot de systeemsprong. Telers zullen kennis op moeten opdoen en hun bedrijf erop aan moeten passen. Een andere mogelijkheid is dat het telen van uitgangsmateriaal aan gespecialiseerde bedrijven moeten worden overlaten. De aanwezigen zagen in ieder geval wel in dat een systeemsprong een route is die belangrijke problemen in de sector zou kunnen oplossen, net als bij de aardappels. Kortom veel kansen, maar ook nog veel uitdagingen om deze ontwikkeling breed te laten landen in de sector.

Beschikbare PowerPoint presentaties


Factsheet

Ook het factsheet is hier te dowloaden.


Complete opname en aftermovie beschikbaar

Tijdens de presentaties van Natalia en Peter is een volledige opname gemaakt. Daarnaast ook een compacte aftermovie. Je bekijkt de volledige plenaire opname hier.

De aftermovie vind je hieronder.

kernboodschap-regio-deal (1)

Rijk kent geen Regio Deal toe aan de Sierteeltregio

Tweeëntwintig regio’s ontvangen in totaal € 384,6 miljoen extra van het Rijk. Ze kunnen dat geld gebruiken voor plannen die leven, wonen en werken van inwoners en ondernemers verbeteren. Het kabinet stelt het budget beschikbaar via de zogenoemde Regio Deals en het geld is bedoeld voor plekken die een extra impuls goed kunnen gebruiken. Rijk en regio bouwen zo samen aan bestaanszekerheid, leefbaarheid en gemeenschapszin. Deze voorstellen worden de komende periode uitgewerkt tot volwaardige Regio Deals. Dat gebeurt in overleg met alle betrokken partijen: overheden, ondernemers, maatschappelijke organisaties en kennisinstellingen.

Regio Deal niet toegekend

De veertien gemeenten in de drie greenportregio’s Aalsmeer, Boskoop en Duin- en Bollenstreek hadden ook gezamenlijk een aanvraag ingediend voor een Regio Deal Brede Welvaart. Deze is helaas niet toegekend.

Deze bloeiende sierteeltregio kent kracht, maar ook kwetsbaarheid. Er zijn uitdagingen op het gebied van veiligheid, arbeidsmarkt, waterkwantiteit en waterkwaliteit, bodem, duurzaamheid en circulariteit. En dit staat allemaal niet los van de leefbaarheid van het gebied, de werkgelegenheid en omgevingskwaliteit ofwel, de brede welvaart. De sierteeltregio wilde deze uitdagingen aanpakken en met een Regio Deal de doorbraak maken met een focus op drie pijlers:
1. Een weerbare en vitale regio
2. Een toekomstbestendige arbeidsmarkt
3. Een duurzame en circulaire toekomst.
Er was van het Rijk een bijdrage gevraagd van € 20 miljoen aan de opgaven van de Regio Deal.

Programmamanager Greenport Duin- en Bollenstreek Maarten Prins: “We geloven onverkort in de gezamenlijke agenda die in de ingediende Regio Deal staat. Daar gaan we dan ook samen met alle betrokken partijen mee verder in de hoop en verwachting, dat de steun alsnog gaat komen van de (Rijks) overheid.”

Persbericht

Lees hier het volledige persbericht. Ook het Rijk informeert via haar website over de toegekende Regio Deals.