Tulpen-bollencoaster-greenport-duin-en-bollenstreek

Bollencoaster

De buitenteelt is op dit moment sterk afhankelijk van (chemische) gewasbeschermingsmiddelen tegen bodemziekte en aaltjes, bovengrondse ziekten en onkruid. Daarnaast spelen het gebruik van steeds schaarser wordend water voor beregening en uitspoeling van nutriënten een rol. Een teelt in gesloten sleuven (slurven van recyclebaar plastic) kan een oplossing zijn voor de bedreigingen in de teelt en de milieubelasting sterk terugdringen. Bodemziekten worden buiten het teeltsysteem gehouden, evenals het regenwater dat dan niet meer voor uitspoeling van nutriënten kan zorgen. De vocht- en voedingstoestand van het substraat in de slurf wordt op peil gehouden met een geïntegreerde druppelslag, waardoor geen verspilling van water optreedt. De planten staan in dit teeltsysteem in een strakke rij, waardoor mechanische onkruidbestrijding mogelijk is. Dit project leidt tot een prototype van een teeltsysteem voor tulpen en lelies, waarin met minder gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en water gezonde bollen geteeld kunnen worden.

Rol: projectpartner.
Partners: Wageningen UR, KAVB, Agrifirm GMN en mogelijk HHR en Rabobank Bollenstreek.

Fundamentele-systeemsprong-bollenteelt-greenport-duin-en-bollenstreek

Fundamentele Systeemsprong Bollenteelt

In de huidige teeltsystemen worden ziekten en plagen telkens meegenomen in de vervolgteelt, omdat een deel van de oogst als uitgangsmateriaal voor de volgende teelt wordt gebruikt (cyclisch telen). Bij de systeemsprong beginnen we met schoon uitgangsmateriaal, gaan dit versneld opkweken onder beschermde en optimale omstandigheden in kassen en tot slot telen we het buiten nog een jaar af tot een leverbare bol (éénrichtingssysteem).

Deze systeemsprong past binnen de visie van de bloembollensector Vitale teelt 2030. Dit project bouwt voort op lopend onderzoek in lelie (Vitale Lelie). Uit de eerste resultaten bij lelie blijkt dat er door de technologie die gebruikt wordt nieuwe mogelijkheden komen om te sturen op de teelt. We kunnen deze versnellen en optimaliseren, wat ook nodig is om de duurdere teeltmethode te bekostigen. Om de mogelijkheden van de technologie in het nieuwe teeltsysteem nog beter te kunnen benutten, is meer kennis van de bloembollenfysiologie nodig.

De verwachte impact is groot: met dit project willen we een ommezwaai realiseren binnen de bollenteelt naar een éénrichting systeem, waarbij tevens het aantal benodigde teeltcycli beperkt wordt door een verwachte halvering van de teeltduur. Hierdoor wordt ook het aantal keren oogsten, verwerken en bewaren verminderd: handelingen die het risico op aantasting door ziekten en plagen sterk vergroten. Er hoeven daardoor fors minder middelen te worden gebruikt, de belasting van de bodem wordt sterk gereduceerd én door een meer precieze teelt wordt ook op water en bemesting bespaard. In vergelijking met de gangbare teelt zijn de geproduceerde bollen gezonder, beter van kwaliteit, bevatten ze nauwelijks nog residuen en hebben ze een minimale water-, carbon- en middelen footprint.

Rol: projectpartner.
Partners: Wageningen UR, KAVB e.v.a.

Bollenpolder-greenport-duin-en-bollenstreek

Stand van zaken Bollenpolder en Vitale Teelt

In een korte opsomming delen wij de stand van zaken rondom de Bollenpolder van de Toekomst en Vitale Teelt 2030.

Stand van zaken Bollenpolder van de Toekomst

  • Langzaam maar zeker werken we – met name achter de schermen – met onze partners in de Hogeveensepolder, dé Bollenpolder van de Toekomst, door aan integrale ontwikkeling van deze prachtige polder. We richten ons, samen met KAVB, HHR, PZH, GOM en ANLV Geestgrond met name op het verbeteren van de waterkwaliteit en biodiversiteit en op herstructurering (zowel van grond als gebouwen) in de polder. Zodra er meer algemeen nieuws is, zullen onder andere wij dit via onze media delen.
  • Daarnaast hebben studenten van Universiteit Leiden een onderzoek gedaan naar een duurzame bloembollensector in de Duin- en Bollenstreek. Je leest de uitkomsten van het onderzoek hier.

Stand van zaken Vitale Teelt – juni 2020

  • Er zijn geen noemenswaardige gezamenlijke activiteiten te benoemen. In februari is in een nieuwe samenstelling gesproken over concretisering van het programma. Dit heeft (door persoonlijke omstandigheden) tot nu toe nog geen opvolging gekregen.
Vitale-teelt-greenport-duin-en-bollenstreek

Vitale teelt

Stappen uit ‘Vitale Teelt 2030’ zijn nodig om de uitdagingen van vandaag en morgen om te zetten in kansen. Door in te zetten op duurzaamheid, technologische ontwikkelingen en biodiversiteit kunnen we de vooraanstaande positie van de Nederlandse bloembollensector behouden en verstevigen. Het project berust op drie pijlers:

  • Weerbaarheid
    Met sterke bollen in een gezonde bodem, met aandacht voor vruchtbaarheid en weerbaarheid, ondersteuning van de natuurlijke ontwikkeling en duurzame vormen van gewasbescherming.
  • Innovatie
    Met een modern, energieneutraal teeltsysteem op basis van schoon uitgangsmateriaal, mede dankzij een snelle vermeerdering, de toepassing van moderne precisietechnieken en kennis op basis van data.
  • Natuurlijk kapitaal
    Met een robuust teeltsysteem waarbij de natuur als partner wordt gezien, het eindproduct bijdraagt aan de biodiversiteit en de sector investeert in klimaatadaptatie en het leveren van ecosysteemdiensten.

Rol: programmapartner.
Partners: KAVB, Greenport NHN, Wageningen UR.

Toekomst-tuinbouw-en-handel-greenport-duin-en-bollenstreek

Toekomst tuinbouw & handel Duin- en Bollenstreek

Het toekomstperspectief ligt bij één hoogwaardig glastuinbouwgebied Trappenberg-Kloosterschuur. De voorwaarden voor bedrijfsverplaatsing moeten nog worden gecreëerd waarbij nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de energiehuishouding meteen moeten worden doorgevoerd. Door een visie op te stellen voor de ontwikkeling van handelsplaats Rijnsburg, komen nieuwe mogelijkheden op tafel.

Rol: projecttrekker.
Partners: deelnemers aan de transitietafel, gemeente Katwijk, GOM, PZH, Glastuinbouw NL, RFH, individuele ondernemers en mogelijk Anthos.

Geld-inkomsten-euros-omzet-greenport-duin-en-bollenstreek

Bijstelling extra steunmaatregel

Met de aanpassingen op deze onderdelen zijn enkele ‘pijnpunten’ verlicht, die na de openstelling van de regeling in beeld kwamen bij de crisisorganisatie. Voor betreffende bedrijven zijn dit zeer belangrijke aanpassingen, die ze kan helpen door de crisis te komen. Gesprekken met het ministerie van LNV en RVO resulteerden in de bijstelling. Gisteren bleek dat Brussel ermee heeft ingestemd. Ondernemers in de sierteelt en onderdelen van de voedingstuinbouw kunnen nog tot en met 18 juni bij ‘het loket van RVO’ hun aanvraag voor een tegemoetkoming indienen. Minister Schouten van LNV maakte de wijzigingen gisteren bekend in een debat met de Tweede Kamer. De aanpassing vereist formele bevestiging met een publicatie in de Staatscourant. Naar verwachting volgt dit snel, waarna de aanpassingen worden doorgevoerd op de site van RVO.

Oproep tot verlenging steunmaatregel

“Verleng de periode waarvoor de extra steunmaatregel voor de tuinbouw van kracht is!” Die oproep deed de crisisorganisatie Coronacrisis Tuinbouw gisteren bij LNV-minister Schouten en de Tweede Kamer. “Ondernemers in de tuinbouw tonen in deze crisistijd een enorme veerkracht. We zien tegelijkertijd dat vele honderden bedrijven een beroep doen op de steunmaatregel. De omzetderving loopt nog op of is in aankomst. Het is absoluut noodzakelijk de steunmaatregel langer beschikbaar te houden om bedrijven en banen te behouden”, zegt Jaap Bond, voorzitter van de Regiegroep van de crisisorganisatie. De steunmaatregel kan veel bedrijven helpen door de crisis te komen. Ondertussen blijven ondernemers met grote schade zitten: ze vallen buiten de criteria van de maatregel of krijgen slechts een deel vergoed.

Minister Schouten gaf in debat met de Tweede Kamer echter aan niet voornemens te zijn de regeling te verlengen. In het debat meldde ze dat tot gisteren voor in totaal een bedrag van 156 miljoen euro aan tegemoetkoming is aangevraagd. Daar komt nog een bedrag bij, nu de regeling een verruiming in de criteria krijgt. Al met al zal sprake zijn van forse onderuitputting van het beschikbare budget van 600 miljoen euro. Schouten legde de Kamerleden uit dat het restant terug gaat naar de staatskas; het is ‘extra geld’ en maakt geen onderdeel uit van haar begroting waarvoor ze een andere bestemming kan zoeken.

De Regiegroep van de crisisorganisatie zal zich nu beraden op de te nemen vervolgstappen. Daarbij betrekt de Regiegroep inbreng vanuit participerende brancheorganisaties ter onderbouwing van de noodzaak voor de verlenging. Hetzelfde geldt voor de uitkomst van de enquête onder ondernemers in de tuinbouw. Met een online vragenformulier ging de crisisorganisatie na welke impact de coronacrisis heeft en in welke mate ondernemers gebruik kunnen maken van de noodmaatregelen die het kabinet beschikbaar stelde. De resultaten worden medio volgende week bekend gemaakt.

Position paper

De crisisorganisatie Coronacrisis Tuinbouw zet de komende maanden in op:

  • Het veilig blijven stellen van de gezondheid van de werkenden in de sector en van de financiële positie van de bedrijven
  • Het oplossen van resterende knelpunten veroorzaakt door de coronacrisis(maatregelen)
  • Het veilig stellen van de ambities van het Nationaal Tuinbouwakkoord waarmee de sector werkt aan een circulaire tuinbouw die energieneutraal is

Die boodschap verwoordt de crisisorganisatie in een position paper. Daarin vraagt de organisatie ook erkenning voor:

  • Het eigen initiatief en de inzet van de sector zelf bij de coronacrisis
  • De positieve inzet van het ministerie van LNV en de goede samenwerking met de sector
  • Het belang van de sector in Nederland, de EU en elders in de wereld (werkgelegenheid, voedselzekerheid en innovatie op duurzaamheid)
  • De cruciale functie van de extra steunmaatregel voor behoud van bedrijven en het cluster

Het position paper is op te vragen bij het secretariaat van Greenports Nederland (info@greenports-nederland.nl).

Luchtvrachtcapaciteit nu opschroeven voor behoud handelsrelaties

Het gebrek aan luchtvrachtcapaciteit en hoge tarieven blijft de internationale handel voor de tuinbouw ontwrichten. Het is gewenst de capaciteit snel op te schroeven om wereldwijd handelsrelaties te behouden, bepleit de Taskforce Logistiek van de crisisorganisatie Coronacrisis Tuinbouw. Naar de mening van de Taskforce moet de Nederlandse overheid meer investeren om het proces van internationale handel weer op gang te brengen en stabiel te maken. Het gaat om financiële steun, extra vrachtcapaciteit op belangrijke routes voor de tuinbouw en om extra toegang tot Schiphol voor (vracht)vliegtuigen (meer ‘slots’). De nationale overheid moet een actieve rol spelen bij het weer op gang brengen van het internationale handelsverkeer, bracht de Taskforce naar buiten middels een persbericht.

Uitzondering op kartelverbod

De Europese Commissie biedt de mogelijkheid om in de sierteelt afspraken te maken over de productie(beperking). RVO heeft de ruimte die de EU biedt in het kartelverbod uitgewerkt in een regeling. Partijen die afspraken willen maken, kunnen dit aanmelden bij RVO via het online loket. Nadere informatie hierover is te vinden op de RVO-site.

Deelnemende organisaties

Aan het GP NL overleg Coronacrisis Tuinbouw nemen de volgende organisaties deel: ABN AMRO, Anthos, AVAG, Glastuinbouw Nederland, Greenport Holland, GroentenFruit Huis, Greenports Nederland, KAVB, LTO Nederland, ministerie van EZK & LNV, NFO, Plantum, Rabobank, Royal FloraHolland, Topsector Tuinbouw & Uitgangsmateriaal, VBN en VGB.