eenden-waterkwaliteit-verbeteren-greenport-duin-en-bollenstreek

Laatste kans: gratis inleveren resten gewasbeschermingsmiddelen

Nieuwe fase: inzameling van gewasbeschermingsmiddelen

Sinds 2023 kunnen agrarische ondernemers in de open teelten, in de glastuinbouw en loonwerkers kosteloos omgespoelde, lege plastic cans (verpakkingen) van gewasverzoringsproducten inleveren. Eens per jaar worden deze verpakkingen ingezameld. Nu start de volgende fase van de STORL-regeling: de resten en restanten van gewasbeschermingsmiddelen worden nu ook ingezameld. Per adres kan er maximaal 50kg/liter ingeleverd worden. Dit gebeurt 1 keer per 2 jaar en zal dit jaar (2024) plaatsvinden. Het volgende moment is dus in 2026. 

Schoon oppervlaktewater

Het doel van de actie is dat er minder (resten van) gewasbeschermingsmiddelen in het oppervlaktewater terechtkomen. Daarom ondersteunen de waterschappen deze inzamelingsacties.

Bron: Landbouwportaal Rijnland

Indy-Lexmond-en-Pim-van-Duuren-onderzoek-demoveld-HAS-greenport

Ontmoet Indy en Pim die onderzoek doen op demoveld

Indy en Pim zijn vol goede moed aan de slag gegaan met hun onderzoek, en onderzoeksplan, op het demoveld. Zij doen hier als tweede groep studenten onderzoek tot 1 juli 2024..
Hoe het zo komt dat zij voor een studie aan de HAS green academy hebben gekozen en voor dit onderzoek leggen ze graag zelf uit.

Vertel eens iets over jezelf en hoe je terecht bent gekomen bij deze opdracht?

“Ik ben Pim van Duuren, 21 jaar en student Toegepaste Biologie aan de HAS green academy in Den Bosch. Biologie vond ik het interessantste vak op de middelbare school, vandaar dat ik het ook ben gaan studeren. Nu aan het einde van mijn studie heb ik deze opdracht toegewezen gekregen als afstudeerproject.

Indy is de onderzoekspartner van Pim: “Ik ben Indy Lexmond, 22 jaar en ook vierdejaars toegepaste biologie student aan de HAS. Mijn interesse naar flora en fauna begon al op jonge leeftijd. Ik was altijd al heel onderzoekend en nieuwsgierig, en super geïnteresseerd naar hoe alles in de biologie samenwerkte. Door verschillende soorten stages te hebben gelopen ben ik erachter gekomen dat planten mij het meest interesseren, dit omdat er zoveel factoren meespelen en er nog zoveel te ontdekken valt. Ik hoop met deze opdracht dan ook een steentje bij te kunnen dragen aan een nieuwe vorm van telen. Omdat wij biologen in opleiding zijn kijken wij met een andere visie op de bollenteelt en kunnen onze ideeën van toegevoegde waarde zijn.  

Wat is relatie tot bollen/bloemen en biodiversiteit e/o natuurinclusief telen?

Pim: “Het zou mooi zijn als je bollen kan telen en tegelijkertijd de biodiversiteit op peil kan houden en daar gebruik van maken. Als je dat doet dan ben je natuurinclusief aan het telen. In de gangbare bollenteelt is er vaak geen tot weinig aandacht voor de biodiversiteit, dat is erg zonde. Op het moment dat de omgeving divers is in soorten dan is er vaak een natuurlijk antwoord op ziektes, plagen of extreme weersomstandigheden. Het gewas hoeft dus minder te vrezen voor deze bedreigingen.”

Indy: “Bollen vereisen veel aandacht omdat we streven naar een zo mooi mogelijk verkoopbare plant. Dit brengt velen zorgen met zich mee omdat er een hoge druk ligt op het fenotypen. De meeste schimmels, bacteriën en insecten zijn niet schadelijk voor de bollen, maar door het gebruik van chemische middelen gaan ook goede organismes dood. Dit is slecht voor het gewas omdat de meeste dingen zich vanzelf oplossen in de natuur. Door een gezonde bodem te creëren en dus ook bollen kan je veel van deze bedreigingen al elimineren. Met natuur inclusieve toevoeging zou je dit kunnen stimuleren om het optimale effect van de oplossingen uit de natuur te verkrijgen.” 

Wat vind je van het demoveld en wat gaan jullie precies onderzoeken?

Pim: “Ik vind het tof dat er een demoveld beschikbaar is en dat we dus buiten aan de slag kunnen gaan. Het feit dat het buiten is zorgt ervoor dat de bollen in eenzelfde soort omgeving staan als de bollen in het veld. Dat betekent dat de data/resultaten die uit dit onderzoek naar voren komen beter te vertalen zijn naar het “echte” veld. Want ze staan nu niet in een gecontroleerde omgeving vrij van alle invloeden die bollenvelden ervaren als ze geteeld worden.”

Indy: “Ik vind het goed dat ze een stuk land beschikbaar hebben gesteld om onderzoek op uit te voeren. Het is heel interessant om op het veld te zien wat de maatregelen voor effect hebben, omdat een lab proef niet altijd even goed werkt in de praktijk. We krijgen hier de mogelijkheid om dingen uit te proberen die de meeste telers niet op hun gewas durven toe te passen, natuurlijk begrijpelijk omdat dat hun inkomsten zou kunnen beïnvloeden. Het is ook erg interessant omdat dit een juiste weergave is van hoe het in het werkveld eraan toe gaat, heel representatief dus. 

Wij gaan op dit demoveld onderzoeken hoe je tulpenbollen kan telen zonder (al te veel) chemische bestrijdingsmiddelen te gebruiken. Zijn er andere manieren om de problemen op te lossen die chemische bestrijdingsmiddelen nu oplossen zonder een grote negatieve impact te hebben op de biodiversiteit. Denk hierbij aan het inzetten natuurlijke vijanden voor kleine organismen als luizen, het stimuleren het afweersysteem van de plant om ziektes te weren of het afdekken van de bodem met houtsnippers zodat onkruid minder de ruimte krijgt om te groeien. Hebben deze methodes dan ook een positieve impact op de biodiversiteit? Daarvoor gaan we a.d.h.v. verschillende soorten vallen bodem- en bovengronds leven vangen. Zo kunnen we zien of de biodiversiteit toeneemt.”

Wat valt je op aan de bevindingen van de voorgaande groep studenten?

Pim: “Al kijk je naar de 0-metingen die zijn gedaan dan zie je dat er een tekort in de bodem is voor veel elementen. Vaak verwacht je dat dat op peil is bij landbouwgronden.”

Indy: “Bij de 0-metingen die zijn uitgevoerd werden er muggenlarven gevonden nadat de bodem was geinundeerd. Dit had ik niet verwacht. Achteraf is het op zich logisch als er voor een langere periode water stil stond. Gelukkig kan het geen kwaad.”

Waarom zijn jullie veel op het veld en wat hopen jullie aan te treffen/mee te maken?

Pim: “Ik hoop een inkijk te krijgen in het werkveld, dat is natuurlijk nog grotendeels een onbekende wereld voor mij. Daarnaast hoop ik dat uit ons onderzoek zal blijken dat er potentie zit in het groener telen, dat alleen al met een vermindering van chemische middelen de biodiversiteit bevorderd wordt en tegelijkertijd de kwaliteit van de tulpen gewaarborgd blijft. Dat het onderzoek een positief signaal is naar de wereld dat het groener telen kan, want als toekomstig bioloog zie ik steeds meer het belang en de noodzaak dat er een omslag moet komen in de landbouw en dus ook in de bollenteelt.”

Indy: “Ik hoop veel nieuwe dingen te leren op gebied van telen, monitoren en communicatie. Ik heb hier nog weinig ervaring mee dus denk ik dat ik grote stappen kan maken. Voor het laatste geldt dat er veel partijen bij dit project betrokken zijn, dus juiste communicatie een must is. Ook zijn de monitoring methodes vrij nieuw voor ons en gaan we ons best doen om dit zo exact mogelijk te verwerken zodat het resultaat een juiste weergave is van de realiteit.”

derde-editie-future-bollenstreek-bij-tulip-experiencd-greenport

FUTURE lanceert derde editie tussen de tulpen

“We gaan deze editie ons nest verlaten. Watertoren Bollenstreek is vrijdag 3 mei niet de locatie waar we onze derde editie organiseren”, geeft Eva van der Kwast (Greenport Duin- en Bollenstreek) aan. Steffanie Wijnhout (Watertoren Bollenstreek) vult aan: “Deze locatie is Instagrammable en heeft genoeg ruimte voor nog meer Bollenstreekgenoten en dus verbindingen, dat staat als een paal boven water. We kijken er naar uit!”

Een speciale editie

De Tulip Experience is de ideale plek om mooie LinkedIn-foto’s te (laten) maken en Bollenstreekgenoten te ontmoeten. Ditmaal geen spreker maar een ander onderdeel waarmee de we de jongeren aan het denken willen zetten. Uiteraard zorgen we ook deze editie voor de inwendige mens met catering van Jef’s van Vliet Catering, zijn de eerste drankjes ‘on the house’ en is de entree gratis. Naast onze resident DJ van Ferocius komt een lokale artiest optreden.

FUTURE is inclusief

FUTURE is er voor iedereen, dus mag er geen financiële belemmering zijn. Vandaar dat wij ook blij zijn met Rabobank als partner. Op deze manier kunnen wij onze evenementen meer body geven en toegankelijk houden voor iedereen. Op deze manier dragen wij ons steentje bij aan brede welvaart in de regio, iets wat wij heel belangrijk vinden. 

Femke van Veen vult aan: “Om zo inclusief mogelijk te zijn werken wij met naamstickers waarop juist geen bedrijfsnaam is te zien. Het gaat er in eerste instantie om wie jij bent, daarna pas om wat je doet. Als je als werkzoekende bij FUTURE komt wil je niet ‘opvallen’ omdat jij geen bedrijfsnaam op je naamsticker hebt staan.”

Meld je aan

De volgende editie vindt plaats op vrijdag 3 mei. Als deelnemer van FUTURE Bollenstreek weet je zeker dat je naar huis gaat met nieuwe contacten en inzichten, een glimlach op je gezicht en in dit geval vast een bruikbare LinkedIn-foto. Meld je aan en ontmoet elkaar tussen de tulpen: www.futurebollenstreek.nl

FUTURE Bollenstreek

Met de FUTURE evenementen wil Team FUTURE jongeren in de Duin- en Bollenstreek connecten. Connecten met elkaar – of je nu zzp’er bent, mensen in dienst hebt, een baan zoekt of juist in loondienst bent – en met de omgeving waar je woont en werkt. De Duin- en Bollenstreek heeft veel te bieden (werk, recreatie en wonen) én de jongeren die daar wonen hebben dat ook. Deze twee werelden met elkaar verbinden, weten wat je kunt halen én brengen is de sleutel tot succes en een stevig fundament voor de FUTURE van de Duin- en Bollenstreek. 

Partners FUTURE Bollenstreek 

AW Groep, Watertoren Bollenstreek en Greenport Duin- en Bollenstreek zijn initiatiefnemers van FUTURE Bollenstreek. Rabobank is sinds kort ook partner. Dat geeft veel vertrouwen. Ook partner worden en  bijdragen aan FUTURE? Laat het ons weten! 

Allan-Visser-Theo-AI-robot-ziekzoeken-greenport

Ziekzoekrobot Theo gaat ‘de hele wereld over’

De computergestuurde ziekzoeker rijdt ook bij Allan Visser door de velden (net als op 64 andere plekken in Nederland). De robot die zieke tulpen opspoort vervangt de ziekzoekers die vroeger handmatig de ziekten opspoorden in de tulpenvelden. Voorheen deed Theo dat bij WAM Pennings, na zijn pensionering kwam de robot om zijn werk te vervangen. De robot kreeg dan ook de naam ‘Theo’.

Ziekzoeken, waarom?

In een tulpenveld zit altijd een paar procent zieke tulpen die eruit gehaald moet worden. Het virus remt de groei en ontwikkeling van planten af, waardoor kleinere en zwakkere bloemen ontstaan. Het verzwakt ook de bol zelf, waardoor ze uiteindelijk niet meer kunnen bloeien.

Robot Theo kan de hele dag, én nacht, aan de gang op het veld. Dit doet hij vijf tot zes weken per jaar, 24 uur per dag. Hij rolt op rupsbanden met zo’n 1 km per uur over het veld. Met vier camera’s maakt hij duizenden foto’s van de – in dit geval – ‘goudstuk’ tulpen en beoordeelt aan de hand van een AI-model of de tulp ziek is of niet. Indien ziek dan geeft het achterste deel van de robot uiteindelijk een injectie met behandelvloeistof om verdere verspreiding te voorkomen.

Medewerker van de toekomst?

Theo is niet alleen de medewerker van de toekomst maar ook van het heden als het gaat om ‘ziekzoeken’. Echte ‘ziekzoekers’ zijn schaars en daarbij – laat Allan weten – mist de robot geen enkele bloem. Dit tweede jaar scoort de robot bijna 100% van wat een mens kan. Na dit jaar is hij beter dan de mens. De aanschaf van Theo was niet mals, want met zo’n 185.000 euro is hij net zo veel waard als een hele snelle sportauto.

Theo in actie

In de video zie je Theo in actie als hij met 1 km per uur door het veld op zoek gaat naar de ziekte tulpen.

Lees/Bekijk ook:

CWS-Rijnsburg-opening-Weerbare-sierteelt

Officiële opening derde Centrum Weerbare Sierteeltsector in Rijnsburg

Met de opening van het Centrum Weerbare Sierteeltsector in Rijnsburg, ontstaat een fysieke ontmoetingsplek voor partners binnen de publiek private samenwerking Weerbare Sierteeltsector. In deze aanpak werken overheidsinstanties en bedrijven samen om preventieve en repressieve maatregelen te nemen tegen criminele inmenging binnen de sierteeltsector. Het doel is om de veiligheid van ondernemers en medewerkers te vergroten. Denk hierbij aan fysieke maatregelen zoals cameratoezicht en het houden van integrale controles, maar ook het delen van kennis over manieren om ondermijning te herkennen. 

Dit is het derde centrum dat geopend is. In 2022 is gestart met een locatie in Aalsmeer en in december 2023 is de locatie in Naaldwijk geopend.

Misbruik van de kracht van de sector

De sterke logistieke processen en exportpositie van de sierteelt hebben een keerzijde. De sector is kwetsbaar vanwege de internationale en dagelijkse vers logistiek. Criminelen maken misbruik van de kracht en de vele transportbewegingen van de sector voor o.a. smokkel van verdovende middelen, wapens en cashgeld. Ondernemers zijn zich hier niet altijd van bewust en we zien dat medewerkers soms onder druk worden gezet of via afpersing gedwongen worden om mee te werken. Dit creëert mogelijk een onveilige werkomgeving en dat willen we voorkomen. Ook de aanpak van arbeidsuitbuiting heeft de aandacht van de aanpak Weerbare Sierteeltsector. 

Cornelis Visser, burgemeester gemeente Katwijk, geeft tijdens de opening van het Centrum Weerbare Sierteeltsector aan heel trots te zijn. “Wat als een initiatief hier in Rijnsburg begon, is nu een mainport aanpak waarbinnen we als partners opereren met een focus op preventie. We delen zo goed mogelijk informatie met elkaar om de leef- en werkomgeving voor iedereen veilig te houden en een werkplek als deze, waar de partners elkaar kunnen ontmoeten, is belangrijk hierbij.”

Samenwerking

De aanpak Weerbare Sierteeltsector vindt het belangrijk om het mooie van de sector te beschermen en het kwetsbare aan te pakken. De focus is daarom preventie door ondernemers helpen weerbaar te worden. Dit doen we door het delen van kennis en geven van tips. Ondernemers kunnen zo zelf maatregelen nemen om criminaliteit te voorkomen. Maar zij kunnen ook makkelijker signalen van criminaliteit herkennen en misstanden melden. Ons doel is samen de sierteeltsector sterk en veilig te houden. We doen dat in nauwe samenwerking tussen bedrijven en de overheid. We krijgen daar bij (financiële) steun van het ministerie van Justitie en Veiligheid, Directoraat Generaal Ondermijning.

Lees op de speciale website Weerbare Sierteelt.

motivaction-imago-onderzoek-sierteelt-bollenstreek-greenport

Onderzoek Motivaction: Imago bollen goed, ’actie blijft nodig’

Het merendeel van de burgers is niet negatief gestemd over de bloembollenteelt. En: stakeholders uit de branche zijn negatiever gestemd over het sentiment van de burgers dan daadwerkelijk het geval is. Dat blijkt uit het imago-onderzoek dat is uitgevoerd om inzicht te krijgen in de huidige beeldvorming van de bloembollenbranche. Voor Royal Anthos, KAVB, CNB en Keukenhof geen reden om als branche op de luie stoel te gaan zitten: ’We moeten transparanter worden en duidelijk maken dat de sector in transitie is.’

’Reken je niet rijk’

Dat het imago goed is, wil niet zeggen dat er geen werk aan de winkel is, benadrukte ook demissionair minister Piet Adema van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit bij de presentatie van het onderzoek. In de politiek is volgens Adema veel discussie over de sierteelt en in het bijzonder de lelieteelt. „Reken je niet rijk met de veranderende kleur in de Tweede Kamer”, verwees de bewindsman naar de winst van de rechtse partijen bij de laatste verkiezingen. „Er was ook verbazing toen de leliekweker een uur na de uitspraak in de zaak Boterveen alweer met de spuit over het land reed. Wat voor signaal geef je dan af? Het imago van de sector is nu misschien goed, maar de wal kan het schip heel snel keren.”

Tijdens het congres draaide het om de vraag hoe het imago te verbeteren is. Voorzitter Jaap Bond van de KAVB benadrukte dat er al veel aan wordt gedaan en dat de bollensector blijft streven naar reductie van het middelengebruik, ook al zijn de Europese regels die halvering per 2030 verplicht stellen inmiddels van tafel. 

Publicatie onderzoek Motivaction

Lees hier het rapport van Motivaction.

Bron: Greenity