bollen-bloemen-innovatie7

Serie artikelen Leidsch Dagblad over internationale medewerkers (3): uitzenders

Bijna 11.000 internationale medewerkers gaan elke ochtend aan het werk in de Duin- en Bollenstreek, veelal via uitzendbureaus. In een serie verhalen gaat het Leidsch Dagblad in gesprek met de arbeidsmigranten, maar ook hun werkgevers en huisvesters. In dit verhaal de uitzenders. Want hoe zit het eigenlijk met de certificering in onze Greenport?

De rapporten liegen er niet om. In mei luidde de Arbeidsinspectie in haar jaarverslag de noodklok over misstanden rond arbeidsmigranten. Gelokt door het ogenschijnlijk hoge minimumloon in Nederland is inmiddels 5 procent van alle werknemers afkomstig uit de in 2004 tot de Europese Unie toegetreden landen uit Midden-Europa.

De Arbeidsinspectie constateert in haar jaarverslag dat veel arbeidsmigranten, net als mensen met een laag loon en een flexibel contract, vaker bloot staan aan onveilige en ongezonde arbeidsomstandigheden, te maken krijgen met onderbetaling, te lange werktijden en uitbuiting. Eerder deden de commissie Regulering van Werk en het ’Aanjaagteam bescherming migranten’ onder leiding van Emile Roemer aanbevelingen om de positie van arbeidsmigranten te verbeteren.

Uitzendbureaus, goed voor ongeveer 15 procent van alle klachten die bij de Arbeidsinspectie binnenkomen, spelen daarbij een cruciale rol. Zij helpen volgens de Arbeidsinspectie arbeidsmigranten om de stap naar het westen te zetten. Zij functioneren als intermediair door vervoer, werk en woonruimte te bieden en de arbeid als productiecapaciteit aan te bieden aan werkgevers.

Arbeidsmigratie als verdienmodel waarbij de arbeidsmigrant, die de Nederlandse taal en wet niet kent, in de kwetsbare positie zit. Voor Roemer reden om te pleiten voor een verplichte certificering van uitzendbureaus, een advies dat is overgenomen door het kabinet, zoals uit een Kamerbrief blijkt. Wie zijn die uitzenders? En hoe zit dat in de Bollenstreek?

Vergrootglas

Hoeveel klachten bij de Arbeidsinspectie binnenkomen uit de Duin- en Bollenstreek is niet bekend. De overheidsdienst houdt geen regionale gegevens bij en moet zich aan privacyregels houden. Ook bij de Vakbond FNV zijn geen concrete klachten uit de regio gemeld. Maar dat de uitzenders onder een vergrootglas liggen, is duidelijk. In de Duin- en Bollenstreek werken meerdere uitzendbureaus, groot en klein, gevestigd in de Bollenstreek maar soms ook daarbuiten.

Sommigen zijn aangesloten bij de Bond Uitzendondernemingen ABU, zoals Flexible Human Services in Noordwijkerhout en Otto Work Force, dat zijn hoofdkantoor heeft in Venray. Andere uitzendbureaus zijn aangesloten de NBBU, zoals Ruigrok Productie in Hillegom. Beide organisaties zien erop toe dat aangesloten leden zich aan wet en regelgeving houden waardoor misstanden, zoals de Arbeidsinspectie constateert, zoveel mogelijk worden voorkomen. We gingen langs bij drie uitzenders.

Frank van Gool is directeur van het landelijk werkende Otto Work Force. Het bedrijf heeft in de regio onder meer arbeidsmigranten bij Heemskerk Fresh & Easy, Dekker Warmond en de twee grootste supermarkten, ongeveer 1.500 werknemers. Dat is een klein deel van het totale werknemersbestand, dat 25.000 mensen omvat, waarvan 17.000 in Nederland.

Het bedrijf heeft kantoren in verschillende Europese landen, waaronder Polen. Werknemers, 72 procent heeft de Poolse nationaliteit maar het percentage Bulgaren en Roemenen groeit, worden ingezet in logistiek, e-commerce en bij orderpicking. „We doen alles behalve de vleesindustrie”, meldt Van Gool.

Gegarandeerd

Hij wijst erop dat bij zijn bedrijf 42 procent werknemers in vaste dienst is. „Zo’n hoog percentage heeft geen enkel uitzendbureau. De rest van de mensen krijgt een contract van meestal zeven maanden, waarbij ze minimaal 32 uur gegarandeerd uitbetaald krijgen. Je ziet dat mensen daardoor langer blijven. Wij zijn dus zeker geen standaard uitzendbureau. Natuurlijk worden bij ons contracten ook niet altijd verlengd, maar dan gaat het om mensen die uit evaluaties minder goed blijken te werken.”

Hij wijst erop dat de uitzendkrachten hetzelfde salaris verdienen als andere werknemers. „Geen concurrentie op de werkvloer dus. Gevolg is dat wij geen moeite hebben om mensen te krijgen. Otto groeit elk jaar 20 procent en de laatste jaren met 30 procent. Na Randstad en USF zijn wij de derde partij, we zijn beursgenoteerd en gaan door de één miljard omzet.”

Van Gool, ooit begonnen als tuinder en inmiddels bezig met een overstap naar het uit Otto Work Force ontstane maar zelfstandige Kafra Housing, is trots op het 22 jaar bestaande bedrijf, waarvan sinds kort (tegen 66,4 miljoen euro) een meerderheidsbelang van 56 procent in handen is van de Japanse uitzender Outsourcing Inc. (OSI) Het irriteert hem dat uitzendbureaus zo gemakkelijk de zwarte piet krijgen toegespeeld als het over misstanden gaat rond arbeidsmigranten. „Ik ben dus een groot voorstander van de door Roemer voorgestelde uitzendvergunning. De FNV zegt dat elke idioot nu een uitzendbureau kan beginnen en dat is ook zo. Ik moet nog te vaak uitleggen dat wij het wel goed doen.”

Buurman

Van Gool is niet de enige uitzender met roots in de agrarische wereld. Ook in de Duin- en Bollenstreek gevestigde uitzenders zijn ooit begonnen als in de agrarische sector. De Noordwijkerhouter Nico Geerlings richtte in 2002 Flexible Human Services (FHS) op, dat inmiddels wordt geleid door een driehoofdig managementteam waarvan zijn dochter Nathalie deel uitmaakt.

Geerlings heeft met twee broers zantedeschia veredeld en geteeld. Het werk werd gedaan door Nederlanders, maar later door opeenvolgende stromen arbeidsmigranten. „Op een gegeven moment kwam een buurman vragen of wij werknemers voor hem hadden. Dat was de allereerste klant”, herinnert Geerlings zich. Dat ene verzoek leidden uiteindelijk tot de oprichting van FHS in 2002.

Sinds het begin groeit het uitzendbureau ieder jaar met honderd extra arbeidskrachten tot inmiddels tweeduizend arbeidskrachten nu. Nathalie Geerlings: „De vraag wordt steeds breder, met de huidige krapte op de arbeidsmarkt. Voor onaantrekkelijk werk zijn steeds minder mensen te vinden, want de beter betaalde banen liggen voor het oprapen.”

FHS werkt volgens strikte lijnen. Nathalie: „Wij garanderen op dit moment onze mensen 36 uur werk per week, altijd. Niemand verdient minder dan het wettelijk minimumloon op basis van een 38-urige werkweek, iedereen heeft gratis transport en krijgt een fiets. 25 tot 30 procent van onze uitzendkrachten heeft een vast contract, bij veel uitzendbureaus nog steeds een vloek.”

Daarnaast probeert FHS de eigen uitzendkrachten door te laten groeien naar functies binnen het bedrijf. Een belangrijk deel van het eigen personeel komt uit Oost-Europa en de voertaal op kantoor is Engels. „Op alle afdelingen werken mensen uit andere EU-landen. Er worden ook geregeld mensen bij ons weggeplukt. Zo gaan er nu vier mensen weg, waarvan een naar de rijksoverheid”, aldus Nathalie.

Het uitzendbureau probeert ook mensen aan zich te binden door secundaire arbeidsvoorwaarden, extra begeleiding bijvoorbeeld bij medisch bezoek en Nederlandse taalles op kantoor in Noordwijkerhout of bij de bedrijven.

Disco

In Noordwijkerhout zijn relatief veel uitzendbureaus gevestigd, maar ook in de andere bollenstreekdorpen zijn bemiddelingsbedrijven te vinden. In Hillegom zit Ruigrok Productie aan de Noorderweg, een grote speler in de sector. Eigenaar Peter Ruigrok heeft gemiddeld 1.700 tot 1.800 arbeidsmigranten aan het werk. Een klein deel van het personeel werkt in de logistiek, maar de Hillegomse uitzender is vooral gespecialiseerd in de verwerking van bloemen, waarbij het naast mensen ook de machines aanlevert.

„Ook ik ben als tuinder begonnen, als 16-jarige, bij Willem van Haaster in De Zilk. Daar kocht ik mijn eerste partij narcissen, waardoor ik in de bloemen belandde. De vraag steeg en dus had ik meer handjes nodig. En toen bleek dat bloemen telen een een-tweetje is, maar het regelen van mensen heel wat anders. Daar zijn wij nu in gespecialiseerd.”

Ruigrok begon ooit met scholieren, maar nu zijn het voor 95 procent Poolse werknemers en 5 procent Oekraïners. De laatsten worden via Poolse werkgevers gedetacheerd. „Wij begonnen met mensen in caravans te huisvesten. Daar waren wij berucht om en we lagen permanent in de clinch met de gemeente. Maar hier werken nog steeds mensen die vroeger in de caravan zijn begonnen en met plezier terugkijken naar die tijd. Toilet, douche, zaterdag disco, alles klopte.”

Die tijd is voorbij en Ruigrok werkt nu volgens eigen zeggen netjes binnen de regels. „Maar daar zijn er veel te veel van. Kijk naar de opvang van Oekraïners, die wij binnen een dag hadden geregeld voor de gemeente. Dat had de overheid nooit voor elkaar gekregen, want ze denken in Den Haag en bij de gemeente gewoon niet praktisch. Wij willen nu het braafste jongetje van de klas zijn. Wantoestanden zoals Emile Roemer nog vermeldde, komen hier niet voor. Vergeet niet dat het in Polen steeds beter wordt. De eerste Polen kwamen nog met een bon voor brood en alles was goed. Als je nu iets niet goed doet, komen ze niet meer. ’’

Nederlands leren zonder Google Translate

„Even eerlijk zijn. Wie heeft Google Translate gebruikt?” Jaap de Visser uit Lisse kijkt zijn zeven studenten doordringend aan. De vingers gaan in de lucht. „Allemaal”, klinkt het een beetje timide uit de klas. Jaap lacht. Hij heeft deze avond nog wel een tweede schrijfopdracht voor de zeven arbeidsmigranten die op het kantoor van uitzendbureau FHS Nederlandse les krijgen.

„En dit keer telefoons in de zak en de tas houden”, zegt hij streng. De studenten knikken gedwee en gaan aan de slag. Gefronste voorhoofden en zachtjes overleggend werpen ze zich op hun brief.

De Visser geeft Nederlandse les met aanvankelijk Engels als steuntaal. In twaalf weken tijd leren de arbeidsmigranten uit Polen, Moldavië en Roemenië de beginselen van de Nederlandse taal. Wie wil kan een vervolgcursus doen van nog eens twee keer twaalf weken. „Maar dan kunnen ze goed Nederlands praten en schrijven, inclusief grammatica.” Deze woensdagavondgroep volgt de tweede cursus en kan zich al redelijk verstaanbaar maken in het Nederlands.

De 25-jarige Patryk Jarkowski bijvoorbeeld is anderhalf jaar in Nederland. „Ik heb eerst bij C&A gewerkt maar werk sinds februari nu op kantoor bij FHS, op de afdeling personeelszaken. Ik wil de taal leren. Voor mijn werk zodat ik carrière kan maken maar ook omdat ik hier wil blijven. Het Nederlands valt mee want ik heb acht jaar in Berlijn gewoond. Duits en Nederlands lijken wat op elkaar.”

Perfectionist

Ook Anna Solden uit Moldavië pikt de taal snel op. „Maar ik ben een beetje een perfectionist dus ik praat liever Engels.” De 33-jarige vrouw, die ook een Roemeens paspoort heeft, spreekt Russisch, Spaans, Roemeens en Engels en verstaat Oekraïens. Ze werkte als tolk tot haar werk, bij het uitbreken van de coronapandemie, wegviel. „Na vijf maanden was mijn geld op en toen mijn moeder overleed, ben ik vertrokken. Nu woon ik in Lisse bij mijn Nederlandse vriend en wil de taal leren.”

Voor directeur Nathalie Geerlings is het aanbieden van kosteloze taalles, de cursisten betalen alleen hun boek, een manier om de eigen werknemers te binden. Ook klanten zijn blij met werknemers die wat Nederlands spreken. Nathalie: „ Het aanbieden van korte cursussen waarbij ze steeds weer een stapje kunnen doen, werkt beter dan een cursus van een jaar. Sommige mensen zijn maar drie maanden in Nederland en die willen geen zes maanden cursus. Pas als ze echt door willen, gaan ze vaak naar een NTS om ook een diploma te halen.” Via de taallessen worden ook geregeld de talentvolle arbeidsmigranten gescout voor een kantoorbaan bij FHS. „Patryk is een goed voorbeeld van iemand die graag vooruit wil en waarvan het zonde is dat hij in de productie werkte.”

Dan is de schrijfopdracht klaar en mag iedereen zijn schrijfsel oplezen. Jaap geeft complimenten, corrigeert ’het is op vakantie en niet in vakantie’ en maakt ondertussen een programma voor volgende week. „We gaan werken aan de werkwoorden, de zinsopbouw en vaste uitdrukkingen.” Als de vijf vrouwen en twee mannen zuchten, stelt hij ze gerust. „Geen stress in de les. Maar nu gaan we naar huis en zie ik jullie volgende week.”

Onderzoek

Dit verhaal is het derde deel van een zesdelige serie over arbeidsmigranten in de Bollenstreek. Volgende week zaterdag verschijnt deel vier. Deze serie is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van de Kwaliteitsimpuls Zuid-Hollandse Journalistiek van de provincie Zuid-Holland.

Bron: Leids Dagblad

Serie artikelen Leidsch Dagblad over internationale medewerkers (3): uitzenders