Veldproef-ENS-PPS-Bollen-bodem-en-aaltjes

Nieuws en activiteiten vanuit de PPS Bollen, Bodem en Aaltjes

De eerste resultaten van de waardplantstatusproef met Paratrichodorus anemones die in 2024 in Ens is uitgevoerd, is beschikbaar (klik hier). Dit is nog geen officieel rapport en het delen van deze resultaten belangrijk, zodat het meegenomen kan worden bij de advisering van groenbemesters.

Dit jaar is er een vervolgproef ingezet om de combinatie van voorvrucht en aaltjesdichtheid op lelies te bestuderen. Op dinsdag 2 september 2025 zijn jullie uitgenodigd om de proef te komen bekijken. Aanmelden kan via deze link: https://forms.gle/sbfMjk3S6B77Yk3j9

Best4Soil

De Best4Soil website is aangepast met bollengewassen. Bij open dagen viel het de onderzoekers op dat de telers weinig bekend waren met de website van Best4Soil. Daarom hebben we een flyer gemaakt die bijvoorbeeld bij open dagen gedeeld kan worden met telers of andere geïnteresseerden.

Trainingsdag in Vredepeel op vrijdaga 31 oktober 2025

Op vrijdag 31 oktober van 9-16 uur wordt er een trainings-dag georganiseerd voor de adviseurs van CNB/ Agrifirm en FarmPlus. In Vredepeel liggen proeven met groenbemesters die in oktober interessant zijn om te bekijken. Daarnaast ligt er ook een langjarige ICM-veldproef van de PPS Akkerbouw op Zand (AoZ). Onkruidbestrijding is een knelpunt waaraan veel aandacht wordt besteed. De AoZ aanpak is ook relevant voor de lelieteelt op de dekzandgronden. Vanwege de link met de lelieteelt organiseren we deze dag te Vredepeel. 

De volgende thema’s worden behandeld:

Thema 1: Resultaten PPS: resultaten aaltjesproeven en witte vlekken, BKP en samenwerken
Thema 2: PPS groenbemesters (bezoek proefveld)
Thema 3: ICM aanpak op de dekzandgronden (bezoek proefveld PPS Akkerbouw op Zand)
Thema 4: Onkruidbeheersing eruit gelicht.

Agenda 2025

Augustus29 augustus ROL Open Dag Lelie
September2 september Kijkmoment veldproef EnsRapport data delen 
OktoberRapport samenwerkingRapport praktijkervaring inundatieRapport resultaten inundatieproevenRapport effect inundatie op schadelijk en gunstig bodemleven31 oktober Trainingsdag adviseurs
November6 november Stuurgroep overleg
  
DecemberRapport veldproeven beheersmaatregelen P. anemones
Januari/februariRapport bodemkwaliteitsplan – Workshops voor telers
Salesmanager Dennis Kromhout in de handelsruimte van Heemskerk Flowers. © Foto Hielco Kuipers

Hoe blijven bloemen duurzaam én betaalbaar? Grote handelsbedrijven investeren in robotisering en innovatie

De bloemenhandel is de laatste twintig jaar ingrijpend veranderd. Grote handelsbedrijven met honderden werknemers hebben de plek ingenomen van honderden zelfstandige lijnrijders. Bloemen worden digitaal verkocht onder meer via webshops die 24 uur per dag open zijn en vervolgens op bestelling afgeleverd. In Rijnsburg domineren vijf grote handelsbedrijven het Florapark aan de Laan van Verhof. Eén daarvan is de Van der Plas Group (VDP Group), een ander is Heemskerk Flowers. Schaalvergroting is in hun ogen de toekomst van de sierteelt.

De verandering in de sierteelthandel kun je vanuit het Rijnsburgse kantoor van Wim van der Plas, de 55-jarige directeur van de VDP Group, zien. Hij wijst naar het raam met uitzicht op alle dokken met het logo van de VDP Group.

,,Daar zaten ooit allemaal lijnrijders. Ik geloof in specialisten dus er blijven altijd een paar lijnrijders én klanten die de bloemen en planten willen zien, ruiken en voelen. Maar voor de vakhandel werken wij nu bijna volledig vraag gestuurd. Alle bloemen en planten die wij inkopen, zijn besteld. Dat betekent geen onnodige voorraden, een kortere keten en dus versere bloemen. We hebben in Europa zo’n veertig plekken, hubs noemen wij dat, waar de producten in bulk heengaan en vandaaruit verder worden gebracht. Dat doen we deels zelf en deels met gespecialiseerde transporteurs.’’

Serie

Dit verhaal maakt deel uit van een zevendelige serie over het sierteeltcomplex in Rijnsburg/Katwijk. De historie, de bedreigingen en de veranderingen maar ook de impact op de directe omgeving. Deze serie is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van de Kwaliteitsimpuls Zuid-Hollandse Journalistiek van de provincie Zuid-Holland. In het vijfde verhaal de schaalvergroting in de Rijnsburgse bloemenhandel.

Ook Heemskerk Flowers heeft een wagenpark om bloemen door heel Europa te brengen. Bloemen die voor zeven uur ’s avonds zijn besteld, worden binnen een straal van vierhonderd kilometer van Rijnsburg voor de winkeldeur ’s morgens open gaat afgeleverd.

,,Dat is onze kracht’’, vertelt salesmanager Dennis Kromhout. Een deel van de ingekochte bloemen is al via internet besteld, de rest wordt op voorraad gekocht bij de kwekers (zo’n 65 procent van de planten en 50 procent van de bloemen) of via Royal FloraHolland.

,,We hebben, naast vijftien inkopers met een eigen specialiteit, vijftig tot zestig verkopers, want onze klanten hebben allemaal een persoonlijk aanspreekpunt in de eigen taal. Wij geloven niet in alleen maar een webshop zoals bol.com. We willen een band met onze klanten. We zijn wat dat betreft nog een lijnrijdersbedrijf. We hebben nog een twaalftal echte lijnen, maar ook commissieklanten waarvoor wij inkopen. We hebben weliswaar een eigen voorraad, maar we hoeven nooit iets weg te gooien. Dat vinden wij zonde.’’

De komst van de grote handelsbedrijven heeft het werk veranderd.

Wim van der Plas: ,,Laatst was ik op een kleine veiling in het buitenland waar iedereen elkaar nog persoonlijk kent. Natuurlijk is dat gezelliger, maar de marktwerking in de sierteeltsector is niet te stoppen. Vergelijk het maar met de honderden kotters uit Katwijk waarvan er nog een paar over zijn.’’

Dennis Kromhout maakt eenzelfde vergelijking, maar dan met de buurtsupers. Die hebben ook plaatsgemaakt voor de grotere supermarkten. ,,Minder kneuterig, maar zo gaat het nu eenmaal.’’

Groei

Die marktwerking en de daarmee gepaard gaande schaalvergroting zorgde ervoor dat beide bedrijven de afgelopen decennia flink zijn gegroeid. Bij de 54 jaar bestaande VDP Group komt de groei deels door autonome groei en deels doordat andere familiebedrijven zich bij de VDP Group aansloten. Die bedrijven blijven vaak nog onder de eigen, bij klanten vertrouwde, familienaam opereren.

De VDP Group telt nu vier divisies (retail, vakhandel, import en decoratie) en heeft ruim 1.000 werknemers (waarvan 750 in Rijnsburg), kantoren in Aalsmeer en het Westland en een omzet van 4,5 miljoen. Het ruim zestig jaar bestaande Heemskerk Flowers met een omzet van 120 miljoen heeft nu 350 werknemers in Rijnsburg. Daarnaast is er Friz, een bedrijf dat zich richt op de afzet richting supermarkten en EZ Flowers in Aalsmeer voor de luchtvracht van bloemen.

Betaalbare bloemen

Schaalvergroting is nodig om de kosten van de bloemen en planten in de hand te houden. 

Van der Plas: ,,Als we willen dat de consumenten betaalbare en duurzame bloemen kunnen en willen blijven kopen, moeten we maatregelen nemen. Efficiënter en slimmer werken en dus investeren in automatisering, mechanisering en robotisering. Handjes worden steeds duurder in een dunnere arbeidsmarkt, dus moet de verwerking van de bloemen efficiënter en goedkoper. Dat vergt grote investeringen, zoals wij hebben gedaan onder meer in de verwerking van de bloemen, én innovatie. Dat gaat gemakkelijker voor een groot bedrijf.’’

Daarnaast ziet de Katwijkse directeur nog een voordeel voor een groter handelshuis als de Van der Plas Group. Voor de grote spelers op de markt is het gemakkelijker om aan bloemen te komen. Daarvan komen er steeds meer van buiten Europa. De VDP Group heeft een eigen divisie import, kan gemakkelijker regelrecht zaken doen met kwekers in het buitenland.

,,De veiling speelt een geweldige rol voor de kleinere spelers. Maar als je in de toekomst kijkt, moet je zorgen dat je aan je bloemen kunt komen. Duurzaam en tegen een niet te hoge prijs, want er zit wel een plafond aan de prijs die een consument wil betalen. En die moet wel blijven kopen.’’

Ook bij Heemskerk zien ze de voordelen van schaalvergroting. ,,De inkopers kunnen voor meer partijen werken en de kosten van aankoop van één blik bloemen zijn hetzelfde als honderd blikken. Vervolgens is het transport efficiënter en energiezuiniger, want de vrachtwagen is voller. Je kunt betere service bieden door een grotere voorraad, je bent interessanter voor een grote kweker en je pand en productielijnen worden beter gebruikt’’, aldus Kromhout.

Na de mechanisatieslag wordt nu gekeken hoe robots kunnen worden ingezet. Kromhout: ,,We werken nu al met Smartglassbrillen, maar er blijft met dit product altijd werk voor mensenhanden.’’

Jong talent

Behalve kapitaal heeft de sector, naast de vakmensen, ook jong talent, opgegroeid met internet, robotisering en kunstmatige intelligentie, nodig. Die jonge generatie wil geen zes dagen in de week werken, met een vrachtwagen zeventig tot tachtig uur van huis zijn en op zaterdag werken. Een baan bij een handelsbedrijf is voor velen aantrekkelijk.

Dat ziet ook Dennis Kromhout van Heemskerk Flowers. ,,Veel mensen waarderen het om elke avond thuis te zijn. We hebben hier ook geen groot verloop in het bedrijf. Veel mensen werken hier lange tijd, zelf ben ik hier ook al 25 jaar, maar we hebben ook veel jonge mensen. Een gezonde mix van leeftijden.’’

Kritiek

Beide mannen geloven in de toekomst van de sierteeltsector. Uit onderzoek blijkt dat bloemen nog steeds een gewaardeerd cadeau zijn waar mensen blij van worden. Tegelijkertijd zien ze dat de sector de nodige kritiek krijgt met name over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen.

Van der Plas: ,,De plofplant was recent in nieuws, en dan wordt consumenten aangeraden de tuincentra voorbij te rijden. Of ze krijgen het advies met Moederdag geen bloemen meer te kopen. We komen niet meer ongeschonden uit die wedstrijd. Die kritiek kunnen we niet wegduwen, dus moeten we daar iets mee. Uiteindelijk hebben we een fantastisch product en een innovatieve sector.’’ 

Dennis Kromhout wijst op de ’kracht van bloemen’. ,,Dat is emotie en beleving en niet weg te denken bij allerlei momenten zoals een bruiloft of een begrafenis. Ik denk dat de branche echt veel doet aan verduurzaming. Dat is ook nodig hoor, maar de kritiek is niet altijd terecht.’’

Rol veiling

Om verder te verduurzamen zien de bedrijven een belangrijke rol weggelegd voor Royal FloraHolland. De bloemenveiling investeert zelf de komende vijftien jaar honderd miljoen euro in duurzaamheidsmaatregelen als het verminderen van CO2-Uitstoot en verlaging van het energieverbruik.

Dat gebeurt door het wegdoen van gasgestookte ketels en het plaatsen van warmtepompen (de grootste van Nederland komt in Aalsmeer), het terugwinnen van warmte uit koelcellen, de plaatsing van Ledverlichting en de installatie van zonnepanelen. 

Daarnaast heeft Royal FloraHolland het zogeheten het FSI-(Floriculture Sustainability Initiative) certificaat ingevoerd en verplicht gesteld. Volgens heel veel kleine kwekers is dat vooral heel veel administratief werk dat alleen op een grotere kwekerij uitvoerbaar is. ,,Dat is voor kleine kwekers inderdaad niet gemakkelijk’’, erkent Dennis Kromhout. 

Dat (vaak kleinere) kwekers met soms bijzondere producten hierdoor afvallen, is in de ogen van de VDP Group directeur Wim van der Plas vervelend. ,,Het risico bestaat dat deze specialisten op den duur verdwijnen.’’

Bron: Leidsch Dagblad (Roza van der Veer en beeld door Hielco Kuipers)

HAS-studenten-Demoveld-Bollenstreekmei-2025-greenport

Onderzoeksrapport HAS-studenten Demoveld Bollenstreek beschikbaar

Voor de beroepsopdracht “Duurzame bollenteelt” is vanuit onder andere HAS green academy een meerjarig praktijkonderzoek opgezet op het Demoveld Bollenstreek in Hillegom. Hierin worden inzichten over natuurinclusieve en extensieve teeltmethoden getoetst in de praktijk. Dit rapport beschrijft het tweede monitoringsseizoen, hierin werden narcissen geteeld. De focus lag op biodiversiteit en bodemkwaliteit binnen beide beheersystemen. Na weken van onderzoek en schrijven zijn de flyer en het onderzoeksdocument van Daisy, Siebe en Fleur klaar. Benieuwd naar wie zij zijn? Ze stelden zich eerder al voor op onze website.

Onderzoeksrapport en flyer

Samenvatting onderzoeksrapport

Intensieve landbouwpraktijken leiden tot een afname van wilde diersoorten in het Nederlandse agrarisch landschap. Dit heeft gevolgen voor de ecosystemen en functies die zij vervullen, zoals natuurlijke plaagbestrijding. Om deze negatieve trend te keren, wordt steeds vaker gezocht naar landbouwmethoden die biodiversiteit en bodemkwaliteit verbeteren. De afname van biodiversiteit en bodemkwaliteit in landbouwgebieden vormt een bedreiging voor zowel natuur als landbouw. Binnen de landbouw bestaan verschillende teeltmethoden die biodiversiteit en bodemkwaliteit op uiteenlopende manieren beïnvloeden. Natuurinclusieve landbouw benut natuurlijke processen en vermijdt chemische middelen, extensieve landbouw heeft minimale externe inputs en er wordt enkel ingegrepen bij ernstige plaagdruk. 

Dit onderzoek richt zich op de relatie tussen biodiversiteit en bodemkwaliteit binnen natuurinclusieve en extensieve teeltmethoden, met als doel te begrijpen hoe landbouwpraktijken deze dynamiek beïnvloeden. Op een demoveld in de Bollenstreek zijn insecten gemonitord met potvallen, plakvallen, panvallen en de Berlese-trechter. Hiermee is ook het effect van een bloemenrand onderzocht. Daarnaast is de bodemkwaliteit geanalyseerd aan de hand van chemische, fysische en biologische parameters. 

De resultaten tonen aan dat de extensieve zijde, met een open zandbodem, meer insecten en een grotere soortenrijkdom herbergt dan de natuurinclusieve zijde. Dit verschil wordt veroorzaakt door de dennensnipperhoutvezellaag aan de natuurinclusieve zijde. Deze laag lijkt een fysieke barrière te vormen voor bodemgebonden insecten. Daarbij verstoort de houtvezellaag de werking van biodiversiteit bevorderende maatregelen zoals de bloemenrand. Loopkevers, als bio-indicatorgroep, bevestigen dit beeld. Loopkevers kwamen in hogere aantallen en met grotere ecologische diversiteit voor aan de extensieve zijde, inclusief zeldzame soorten zoals A. stierlini, wat wijst op een goede habitatkwaliteit. 

De bodemparameters verschilden nauwelijks tussen de beheersystemen en konden niet eenduidig worden gekoppeld aan het beheer. Alleen de gehalten aan kalium, calcium en stikstof verschilden enigszins, waarschijnlijk door variaties in mestgebruik. Er werden zwakke verbanden gevonden tussen biodiversiteit en enkele bodemparameters (pH, indringingsweerstand, vochtgehalte en organisch stof), maar deze kwamen niet overeen met bevindingen uit bestaande literatuur. 

Op basis van de resultaten wordt geadviseerd om te stoppen met gebruik van de houtvezellaag, vanwege de mogelijk negatieve impact op biodiversiteit. Voor vervolgonderzoek wordt aanbevolen om ook percelen met intensieve bollenteelt te betrekken, om een breder beeld te krijgen van de exacte effecten van de beheersystemen op de biodiversiteit en bodemkwaliteit. 

Bekijk hier beide documenten:

Jaarverslag GOM 2024 gepubliceerd

GOM spreekt in het gepubliceerde (d.d. 24 juli 2025) jaarverslag over 2024 de hoop uit dat er een einde komt aan de planologische overgangsperiode tussen de ‘oude’ Intergemeentelijke Structuurvisie (ISG) en het ‘nieuwe’ Programma Landelijk Gebied. Er is in de vijftien jaar dat GOM bestaat weliswaar veel werk verzet, maar er wacht ook nog een grote herstructureringsopgave. 

Terugblik afgelopen 15 jaar

In het jaarverslag wordt onder meer teruggekeken op het werk van de afgelopen vijftien jaar. In een apart katern worden vijf voorbeeldprojecten uitgelicht en via een link kunnen van elk project korte filmpjes worden bekeken. Daarnaast is een interactieve website beschikbaar waarop alle projectlocaties van GOM bezocht kunnen worden met projectinformatie en met beeldmateriaal van de veranderingen ter plaatse.

Jaarproductie

Zoals gebruikelijk rapporteert GOM in het jaarverslag ook de jaarproductie. In 2024 is ruim drie hectare 1e klas bollengrond onttrokken (planologisch onherroepelijk geworden) en is ruim vier hectare nieuw 1e klas bollenteeltareaal gerealiseerd (planologisch verankerd). Door contractering met GOM is vorig jaar 4 hectare aan bedrijfsopstallen en onderliggende bouwvlakken duurzaam verwijderd uit de streek. Voorts zijn zes bollengrondcompensatiecontracten gesloten voor in totaal 0,4 hectare te onttrekken bollengrond en zes productiecontracten voor in totaal 2,9 hectare nieuwe 1e klas bollengrond. De bollengrondbalans blijft positief. 

Per 1 januari 2025 bedraagt deze +19,2 hectare. Sinds 2011 (het begin van de metingen) is er dus ruim 19 hectare meer 1e klas bollengrond in de streek aanwezig. GOM heeft vorig jaar vijf bouwtitels voor Greenportwoningen verkocht (planologisch onherroepelijk geworden) en drie nieuwe contracten gesloten voor in totaal 5 Greenportwoningen waarvoor de noodzakelijke planologische procedures door de gemeenten zijn gestart. Sinds 2011 is in totaal 38 hectare aan verouderde bedrijfsbebouwing duurzaam uit de streek verwijderd. 

GOM in een notendop

GOM is opgericht in 2010. De Greenportgemeenten zijn gezamenlijk aandeelhouder. GOM heeft als taak het ruimtelijk herstructureren en moderniseren van het buitengebied van de Duin- en Bollenstreek. Het doel van de aandeelhouders is een economisch en ruimtelijk vitale Greenport in een aantrekkelijk landschap. GOM heeft geen ruimtelijk ordeningsmandaat. De overheid (gemeenten en provincie) is verantwoordelijk voor het ruimtelijk beleid en alle daaronder begrepen beslissingen zoals het al dan niet toestaan van ruimtelijke ontwikkelingen, waaronder bedrijfsuitbreiding en woningbouw. In het verlengde daarvan draagt GOM bij aan de uitvoeren van deze overheidsbesluiten door middel van bollengrondcompensatie, de verkoop van bouwtitels voor Greenportwoningbouw, het verstrekken van financiële vergoedingen voor het produceren van nieuw bollenteeltareaal, het “opruimen” van verouderde bedrijfsbebouwing en voor landschapsontwikkeling en het realiseren van opvanglocaties voor greenportbedrijven. GOM zorgt zelf voor de bekostiging van de herstructurering en werkt daartoe met een gesloten financieel systeem zonder winstoogmerk. Alle inkomsten zijn bedoeld voor de herstructureringsoperatie. Greenportwoningbouw en bollengrondcompensatie zijn de belangrijkste kostendragers voor de herstructurering.

krachten-bundelen-topsector-tu-greenports-nederland

Onderzoek WUR waardevolle kennis voor veredelaars: Combi van warmte en droogte zorgt voor langere wortels

Synergie tussen warmte en droogte

In kweekexperimenten in grond werden de wortels van de modelplant Arabidopsis thaliana, beter bekend als zandraket, blootgesteld aan een temperatuur van 28°C in plaats van 20 °C. Ook kregen de planten iets minder water, waardoor er milde droogtestress ontstond. Deze combinatie leverde een significante toename in wortellengte op, wat laat zien dat bodemtemperatuur en bodemvochtigheid elkaar versterken bij het stimuleren van wortelgroei.



Wortels van planten worden langer wanneer de bodem niet alleen iets warmer, maar ook iets droger is

Thermomorfogenese, zoals de groeireactie op warmte wordt genoemd, is al uitgebreid bestudeerd bij stengels en bladeren. Over de reactie van de wortels van de plant op bodemtemperatuur en -vochtigheid was tot nu toe veel minder bekend. Dit onderzoek laat zien dat wortels een zelfstandig netwerk van signalen gebruiken om hun groei effectief af te stemmen op de omstandigheden in de bodem.

Voordeel van langere wortels

Langere wortels helpen planten om beter water en voedingsstoffen op te nemen, vooral onder stressvolle omstandigheden zoals warmte en droogte. Door dieper de bodem in te groeien, kunnen de planten bij vochtiger grondlagen komen, waardoor ze beter kunnen overleven wanneer het aan de oppervlakte droger is.

De onderzoekers ontdekten dat drie belangrijke eiwitten die dit gecombineerde effect regelen:

2 en SnRK2.3
Deze eiwitten (kinases) zijn vereist voor de versterkte groeireactie bij warmte én droogtestress. Zonder deze eiwitten treedt het extra groeieffect niet op.

COP1
Dit eiwit onderdrukt de versterkte wortelgroei als er geen droogtestress is.

HY5 in trichoblasten
De transcriptiefactor HY5 bepaalt welke genen in de wortelharen (trichoblasten) aan- of uitgezet worden. SnRK2.2/2.3 bevorderen de stabiliteit van HY5, terwijl COP1 de HY5-stabiliteit juist verlaagt. Hoe stabieler HY5, hoe sterker de worteluitrekking.

Synergie tussen warmte (28 °C) en milde droogtestress stimuleert wortelgroei in Arabidopsis via de kinases SnRK2.2/2.3, de E3-ligase COP1 en de transcriptiefactor HY5.

Waardevolle kennis voor veredelaars
Klimaatverandering zorgt voor grotere verschillen in bodemtemperatuur en onregelmatige hoeveelheden neerslag. Daardoor worden de groeiomstandigheden voor gewassen onvoorspelbaarder. Dit onderzoek toont aan welke moleculen wortelgroei sturen bij warmte én milde droogte. Veredelaars kunnen deze kennis gebruiken om gewassen met sterkere, veerkrachtige wortels te ontwikkelen. Daarnaast kunnen landbouwers hun teeltsystemen beter afstemmen op wisselende bodemtemperaturen en -vochtigheid. Dat zal, zo verwachten de onderzoekers, bijdragen aan stabielere oogsten en efficiënter watergebruik.

Het onderzoek aan klimaat-bestendige planten wordt voortgezet bij WUR, onder meer in het groeifonds programma CropXR.

Bron: BPNieuws