In de Duin- en Bollenstreek is er per gemeente een wethouder die ‘Greenport’ in zijn of haar portefeuille heeft. Deze wethouders zitten geregeld om de tafel voor een greenport overleg. Dit is een overleg op bestuurlijk niveau. Ik ben voorzitter van dit overleg en dat zal zo blijven. Daarnaast komt er nu een Stichting Greenport Duin- en Bollenstreek. Deze stichting is in oprichting en krijgt een andere rol. Jeanet wordt voorzitter. Ik word medebestuurslid.
Met deze stichting willen we waarde en innovatiekracht gaan creëren voor de greenport in deze streek. Doelstelling is om de greenport goed te positioneren, zodat de sector zich beter kan ontwikkelen. Het beperkt zich dus niet tot overleg in een ivoren toren, er is een uitvoerende programma manager en er worden duidelijke projecten opgesteld. Alle stakeholders binnen de greenport zijn betrokken: ondernemers, onderzoekers, onderwijs en de overheid. Ik verwacht dat we dit jaar nog naar de notaris kunnen om de stichting officieel op te kunnen richten.
Als je in de spiegel kijkt, wat voor soort bestuurder zie je dan?
Jeanet: Ik zie een no-nonsense bestuurder die wars is van status. Ik denk graag in oplossingen en slimme verbindingen. Ik vind het in mijn werk altijd belangrijk om te werken aan een algemeen belang waarbij je vooruit kijkt en bouwt aan iets belangrijks. Dat deed ik eerst in het onderwijs, maar nu bouw ik aan Lisse en de streek.
Gerard: Ik zie een enthousiaste en resultaatgerichte bestuurder. Mijn doel is vooral gericht op het bereikbaar en bewoonbaar houden van deze regio. Voor zowel de bewoner met een dikke portemonnee als de bewoner met een kleinere portemonnee. En dat geldt ook voor bedrijven: klein of groot, ze moeten hier een goed klimaat hebben voor hun bedrijfsvoering.
Samen vertegenwoordigen jullie een nieuwe generatie wethouders. Jullie zijn relatief jong, werken jullie ook anders?
Gerard: Ik denk het wel. Ik ben 30 jaar en inderdaad vrij jong vergeleken met andere wethouders. Vroeger had de gemeente een andere rol en dat gold ook voor wethouders. Ik wil mijn beroep op een moderne manier uitvoeren, ik zoek continu de verbinding met andere organisaties. De gemeente moet vooral samenwerken. Ik leg dus veel contacten en werk graag samen aan projecten. Ook ben ik een stuk informeler.
Jeanet: Ik heb afgelopen week – tijdens het boerenprotest- weer gezien hoe de politiek reageert en eisen oplegt aan burgers en bedrijven. Ik maak me daar zorgen over. Het schuurt, het voelt niet goed en het is ronduit ouderwets. Voordat je met wetgeving en nieuwe eisen komt, is het vaak mogelijk om samen naar oplossingen te zoeken. Mijn werkwijze is daarom ook echt anders. Ik zoek ook de verbinding en samenwerking met andere partijen, dat past ook veel meer bij deze tijd. Uiteraard heb je wetten en regels nodig, maar daarbinnen is veel vrijheid om als overheid in partnerschap met verschillende groepen samen te werken.
Wat is de Stichting Greenport Duin- en Bollenstreek en wat is jullie rol?
Gerard: In de Duin- en Bollenstreek is er per gemeente een wethouder die ‘Greenport’ in zijn of haar portefeuille heeft. Deze wethouders zitten geregeld om de tafel voor een greenport overleg. Dit is een overleg op bestuurlijk niveau. Ik ben voorzitter van dit overleg en dat zal zo blijven. Daarnaast komt er nu een Stichting Greenport Duin- en Bollenstreek. Deze stichting is in oprichting en krijgt een andere rol. Jeanet wordt voorzitter. Ik word medebestuurslid.
Jeanet: Met deze stichting willen we waarde en innovatiekracht gaan creëren voor de greenport in deze streek. Doelstelling is om de greenport goed te positioneren, zodat de sector zich beter kan ontwikkelen. Het beperkt zich dus niet tot overleg in een ivoren toren, er is een uitvoerende programma manager en er worden duidelijke projecten opgesteld. Alle stakeholders binnen de greenport zijn betrokken: ondernemers, onderzoekers, onderwijs en de overheid. Ik verwacht dat we dit jaar nog naar de notaris kunnen om de stichting officieel op te kunnen richten.
Van wie ben jij d’r een?
Gerard: Ik ben de jonge Gerard Mostert. Mijn vader is ook wethouder geweest in Katwijk. Het was nooit mijn bedoeling om hem ‘op te volgen’ en ik heb altijd mijn eigen pad gekozen. Ik heb eerst geschiedenis gestudeerd en een tijd in het onderwijs gewerkt. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan, ik ben nu ook wethouder geworden in Katwijk. Nu in andere tijden en met een heel ander pakket. Mijn vader zat meer in de richting van het sociaal domein. Ik richt mij met name op ruimtelijk ordening, omgevingsvisie, greenport etc.
Jeanet: Ik kom uit een echte voetbalfamilie. Mijn vader was topvoetballer, mijn broer was topvoetballer, mijn man was topvoetballer en ik ben ook topsporter geweest. Ik voetbalde bij FC Lisse, Ter Leede en het Nederlands team. Helaas was het toen nog niet mogelijk voor vrouwen om heel veel hoger te komen. Ik heb veel van het voetballen geleerd, over doorzetten maar ook over het verenigingsleven waarin mensen met elkaar de zaken oppakken. Gelukkig is het topvoetbal voor vrouwen nu echt een feit. Ik vind het geweldig dat zich dat zo mooi heeft ontwikkeld. Ik ben blij dat ik hier ook een bijdrage aan heb kunnen leveren. Nog steeds ben ik betrokken, ik geef bijvoorbeeld nog weleens commentaar bij NOS lang de lijn.
Waar ben je het meest trots op?
Jeanet: Twee dingen. Mijn topsport verleden, dat heeft mij veel gebracht op het vlak van ambitie, veerkracht en doorzettingsvermogen. En natuurlijk op mijn gezin: mijn man en onze drie zoons. Uiteraard voetballen ze allemaal en ik ben trots op hoe wij alles met elkaar weten te managen.
Gerard: Ik vind het mooi om te zien dat we het als gezamenlijke gemeentes voor elkaar krijgen om nog steeds vast te houden aan de ruimtelijke plannen die er liggen. Een duidelijke lange termijn visie die ons veel oplevert als het gaat om behoud van de greenport in deze streek. Ook ben ik erg trots op mijn zoon, hij is nu 10 maanden oud.
Welke gebeurtenis is wat jou betreft een game changer voor de sector?
Gerard: Het thema duurzaamheid heeft een onwaarschijnlijk grote impact op de greenport. Veel mensen zien helaas niet wat er nu al gebeurt en hoeveel er al is geïnvesteerd in duurzaamheid. De ondernemers zijn wel erg bereidwillig heb ik gemerkt, maar helaas hangt er soms een onterechte negatieve klank overeen. Het is belangrijk dat we meer gaan vertellen over duurzaamheid in de greenport en het een duidelijker gezicht geven.
Jeanet: De toon van het debat de laatste jaren is een duidelijke gamechanger. Vorige week werd de toon van de boer duidelijker en pittiger. Dat vind ik niet gek, want de toon van de provinciale en landelijke overheid staat mij ook niet altijd aan. Je kunt niet ineens gaan roepen dat de veestapel moet worden gehalveerd. Zo werkt het niet. Je ontneemt daardoor iemands identiteit. Een stukje identiteit van Nederland. Ga met elkaar in gesprek en zorg dat er gewerkt wordt aan integrale oplossingen. Opgelegde wetten blijken niet altijd te werken. Als bestuurder kun je veel meer dan dat: zoek verbinding met elkaar, faciliteer, beweeg mee en werk samen ergens naar toe. De overheid kan niet meer handelen als een alwetende verteller.
Wat was je eerste baan en wat kocht je van je eerste geld?
Jeanet: Bollenpeller, bij mijn ouders op het bedrijf. Ik heb het jarenlang gedaan en vond het altijd erg gezellig, Mijn ouders vonden dat wij in de zomervakantie ten minste drie weken moesten werken. Dat vonden wij geen probleem. Van mijn eerste geld kocht ik een kleine televisie voor op mijn eigen kamer. Hij kostte 200 gulden.
Gerard: Ook mijn eerste baan was in de greenport, bij Winco, een bedrijf van mijn oom in Rijnsburg. Winco verhandelde vetplanten en cactussen en ik moest de gewassen helpen oppotten. Van mijn eerst verdiende geld kocht ik een Walkman van Sony, met een supermooi leren hoesje eromheen. Die kon ik aan mijn riem vastmaken, geweldig was dat. Hij kostte 100 gulden.
Ben je zelf duurzaam? Of je bewust van jouw impact op het milieu?
Gerard: Jazeker. Ik ga zoveel mogelijk op de fiets. En mijn vrouw probeert mij minder vlees te laten eten. Natuurlijk scheiden we afval. We doen de normale burgerplichten.
Jeanet: Thuis zijn mijn jongens erg milieubewust, ze krijgen veel mee van de klimaatdiscussie en dat is goed. Wij hebben nu een vega-dinsdag ingesteld om ons eetpatroon ietwat aan te passen. Wat ik merk is dat ik meer wil doen, maar dat de kosten mij tegenhouden. Denk aan zaken in de verbouwingssfeer, daar moet je voor sparen. Verduurzamen is ook gewoon duur.
Wat moet anders in de sierteelt komende jaren?
Jeanet: Dat is een moeilijke, maar ook een hele belangrijke vraag voor mij om te beantwoorden. De greenport is de economische motor van deze streek. Dat moeten we zo houden. Hoe we dat gaan doen, dat wil ik komende periode gaan vaststellen met de belanghebbenden.
Gerard: We moeten met elkaar veel meer investeren in de mobiliteit van deze streek. Grote bedrijven als Flora Holland hebben een goede ontsluiting nodig, maar grote en kleinere greenport bedrijven moeten ook goed bereikbaar zijn en blijven.
Wat zijn je mooie werkmomenten?
Gerard: Wat ik een mooi project vind, is het Trappenberg – Kloosterschuur project in Rijnsburg Noord. Een landelijk gelegen oud glastuinbouwgebied dat wordt gereconstrueerd voor nieuw gebruik. Aan dit project hebben wij met de Greenport Ontwikkelings Maatschappij (GOM) hard gewerkt. Er is nu beweging, bedrijven tonen interesse en dat is mooi. Daar doe je het voor.
Jeanet: Ik vind het mooi om te zien dat er zoveel jonge bollen-gerelateerde ondernemers zijn die zich nu hebben georganiseerd. Samen vormen zij een mooie club ambitieuze ondernemers met moderne inzichten. Vanuit Flower Science worden zij ondersteund in hun denken en doen en dat geeft een goed gevoel. Want deze generatie is enorm belangrijk voor de streek.
Er lopen veel mensen rond in de bloemensector. Met welke persoon wil jij wel een dagje ruilen? In wiens schoenen wil jij wel een dagje lopen.
Jeanet: Ik wil wel een dagje ruilen met Bart Siemerink van Keukenhof en wel om een heel persoonlijke reden. Ik ben geboren op het landgoed Keukenhof, op Boerderij ’t Lammetje in het groen’. Ik zou weleens een dagje willen ‘heersen’ op mijn geboortegrond.
Gerard: Ik ruil graag een dagje met Onno Zwart van de Greenport Ontwikkelings Maatschappij (GOM). Ik wil graag zien en ontdekken waar hij dagelijks tegenaan loopt en ik zou graag perspectief willen bieden aan ondernemers, zodat ze verder kunnen groeien en hun toekomst met vertrouwen tegemoet zien.